zaterdag 18 september 2021

gast-auteur

PORTRET VAN DE AARDBEIENPLUKSTER
ALS EEN JONGE VROUW

door robertus baeken, vanuit de aardbeienvelden


68.

‘Je geeft me toch wel enkele dagen bedenktijd?’ Onder dit voorwendsel had Mieke de tweede en ook de derde nacht bij Francis doorgebracht. Wim was niet meer opgedaagd. Terwijl Francis overdag op de universiteit was, had zij het appartement een flinke schoonmaakbeurt gegeven. Dat was hoognodig. De kamers waren ronduit smerig. Aan het fornuis hing een dikke laag gestold vet. Uit de spleten van het houtwerk of achter de roosters in de verluchtingskanalen, zag Mieke er in het donker al een leger van kevers, kakkerlakken en spinnen op afkomen. Wel, dan heette hun feestmaal nu afgelopen! Geen vloer of hij was geschrobd, geen voorwerp of het was van stof ontdaan. Het eetgerei prijkte netjes in een propere kast. Tussendoor had zij ook aan de maaltijden gedacht. Op Francis’ kosten had ze bij kruidenier behalve aardappelen, vlees en verse groenten ook wat lekkers meegebracht: thee en een klomp marsepein.

    Zij hadden niet meer over die moeilijke kwestie gesproken. Maar Mieke was er vol van en waarschijnlijk kon Francis het evenmin uit zijn hoofd zetten, daar hij verwachtte dat zij nu snel zou beslissen. Voor de schijn had Mieke die beslissing uitgesteld; tot zij zekerheid had in hoeverre Francis zijn suggestie ernstig nam. En misschien zou de tijd raad brengen.

    Het feit dat ze zwanger was, ging trouwens ook anderen aan. Zij dacht vooral aan zijn moeder, die haar altijd gunstig gezind was geweest. Mogelijk had Va haar Francis’ adres gevraagd. Mieke kon zich moeiteloos voorstellen hoe hij haar tijdens een praatje van de problemen in hun gezin op de hoogte bracht. De ziekte van zijn vrouw. Zijn dochter ervandoor. Zij zag hem reeds in de hal staan bij de trap, als een verslagen man, zijn pet nerveus ronddraaiend in beide handen… ‘Ja mevrouw, en ik zal ‘t u maar ineens vertellen… Zij is zwanger van uw jongste zoon!’

    Mieke twijfelde er niet aan: als dit werkelijk zo had plaatsgevonden, zou zij hen eerstdaags uit de puree halen. De beste oplossing bestond eruit dat de jongelui zo spoedig mogelijk zouden huwen. En waarom zou haar zoon om die reden zijn studies opgeven? Mieke had een geschikte baan. De hele dag spookten de mogelijkheden haar door het hoofd. Onmachtig als ze was zich ertegen te verzetten, voelde zij zich rusteloos, koortsachtig opgewonden, bij tijden zelfs hoopvol zwevend in gelukzaligheid.

    Te midden van dit woelige innerlijke leven kwam Francis thuis, aten zij samen soep, stamppot met worst, vrijden zij, sliepen zij, praatten zij, maar bleef Mieke alleen met haar hoofdzaak. Voelde Francis zich ook alleen? Het was haar opgevallen dat hij, sinds zij hem over haar zwangerschap had ingelicht, anders met haar omging dan vroeger: niet zozeer onvriendelijk, doch wel met karige woorden en een somber gezicht, wat haar deed besluiten dat hij verscheurd werd door een geweldig innerlijk conflict.


WORDT VERVOLGD...

Geen opmerkingen: