uit het schriftje

als je na een vermoeiende onderneming eindelyk thuiskomt, doe je er toch goed aan om je niet metéén op die ligzetel te storten; je kan die verlossing beter, geloof ik, over twéé momenten uitspreiden, namelyk door, na het plezier van de aankomst, eerst nog de tafel te ruimen, de wasmachine te laden, de kat eten te geven, en dat soort nog lichtjes vermoeiende dingen; metéén gaan liggen, is opluchtingsversmos; als een orgasme zonder naamgeving.

dit hoort misschien onder de rubriek "dreamer", maar goed; op het balcon vlak naast my, in tossa del mar meerbepaald, staan er een heleboel spullen, die onder de nachtelyke windvlagen een rammelend geluid teweegbrengen; zeer vreemd is, dat die rammelende geluiden zich in myn slaapdronkenheid iedere nacht opnieuw vertalen naar een soort snikken en schouderschokken van een mensenwezen.

sowieso hangt er de laatste paar dagen ineens een iets minder aangename bysmaak over myn dromen; zelfs als die dromen op zich best tof zyn, word ik er toch met een lichte onvrede uit wakker; dat is jammer, daar ik de laatste drie, vier maanden geleefd heb in een byna onverdroten euforie. al voel ik wel dat ik, aan ware somberte, gemakkelyk zal kunnen blyven ontsnappen; kennende, deze dagen, het precieze, geheime traject naar die stevige blydschap. dwz ik weet waar die zeer specifieke blydschap in 2022 ergens verborgen zit, en kan ze dan ook telkens weêr zeer eenvoudig terug opgraven.

aan myn nieuwe dagboek werkende, dat alle jaren van myn leven door mekaâr behandelt, vanaf 2005 tot nu toch ten minste, voel ik dan ook vreemdheid tegenover die byna permanent zeurende ondertoon van my, al die tyden lang; dat zeer verdoken lonken om, toch wel, medelyden, beste lezers. pas vandaag denk ik, dit bemerkende: "hadden we de dienstplicht maar nooit afgeschaft!"

wat ik niet méén; maar wel meen ik, inderdaad, dat het gedaan moet zyn met dat zagen en klagen, je hebt àlles aan jezelf te danken en je hebt àlles in eigen hand. (met "je" bedoel ik alleen maar "ik". hoe het met jou gesteld is en gelegen, daar doe ik geen uitspraken over, daar heb ik geen idee van.)