donderdag 21 augustus 2008

de opkomst en ondergang van circus bulderdrang










23. DE LEVENDE KANONSKOGEL

hem was iets extra-ordinairs overkomen.
hem was overkomen
dat hy in een baan om de aarde vloog,

met als gevolg dat hy op die aarde terug neerviel
in het jaar tweeduizend en vyfhonderd.

aan het klapstoeltjescommando was hy dus ontsnapt,
- waar je zeventien uur per dag zonder pauze
alle klapstoeltjes die er waren,
moest dichtklappen en vlug opzyzetten
- voor iets
dat hy niet eens had gedaan (de dood van de indiaan),

om ze meteen daarna bovendien
opnieuw in het midden te gaan zetten
om ze daar weêr open te klappen,
- dit tot in het oneindige;

terwyl
kapitein kaaiman en vooral kapitein de vampier erop toekeken...

daar was hy zodoende vanaf,
waar de kanonskogel vandaag was aanbeland,
waren er niet eens mensen meer -
dit was nog erger dan hoe de knekelman het verafbeeldde;
er was geen beschaving meer.

hy richtte zich op tussen het zaagsel van
een oranje houtzagery,

hy liep door de binnenkoer
van een leegstaande melkfabriek -

hy zag zwembaden
zonder water,
kraantjes
waar ook geen water meer uitkwam,

en sombere, zeer stoffige automobielen
die roerloos vaak in het midden
van de lege weg stonden.

er waren ook geen koeien of honden of paarden meer,
- alle leven was hier geëindigd.
alleen hy liep hier nog, met een verstuikte enkel,
en ook waren er insekten;
jimmie krekel.
mia mier.
kittie kakkerlak.

hy ging een huis naar binnen
- hy meende daar iets te horen;
hy liep angstig de trappen op,
en verkende het huis,
en liep terug naar beneden.

-hallo??

de levende kanonskogel huiverde
als hy hierover vertelde.
- hoe was hy kunnen terug geraken?

met de hulp van een landkaart
slaagde de kanonskogel er naar eigen zeggen in
na vele jaren van eenzaamheid, om weg te geraken;
- ik was zo eenzaam
dat ik zelfs vrywillig zou hebben teruggewild
naar zelfs dat inferno daar! (en hy wees naar de klapstoeltjes...)
-zwyg maar - voor ze je vinden;
we zyn je geval
aan het bespreken met
de worstelaars van hamburg die
een revolutie beramen en die
jouw kanon daarvoor zouden willen inschakelen...
-ik doe mee, zeg ze dat maar!

met de landkaarten was de levende kanonskogel
ertoe in staat geweest
de weg terug te vinden naar de plek aan de schelderivier
waar het circus was gehuisvest
de dag van zyn nefaste katapultatie:

het kanon stond er nog,
het hout was natuurlyk weggerot,
het yzer weggeroest,
doch al de rest, het skelet van het grote kanon
was nog in takt.

-wat kunnen wy voor je doen?
zei jimmie krekel.
-ik zou veenhout moeten zien te vinden,
en ijzer, buskruit, een vergrootglas,
een compas,
vyf kratten fris bier,
een vrouw van myn leeftyd,
een helm en een paard.
-vooral paarden vinden we hier nergens,
zei jimmie krekel.

vervelend aan die kogel was
dat je nooit wist wanneer hy waarheid sprak
en wanneer hy zomaar raak verzon,
- de kanonskogel was een mythomaan.

- als je me nu even gerust wil laten,
zodat ik wat zou kunnen mediteren?
het publiek heeft zich reeds geïnstalleerd...

dat was een dappere daad van hem;
in weêrwil van het feit dat hy gezocht werd
toch adverteren, toch ageren, toch publiek trekken!
een woede was hem eigen,
welke we vroeger niet van hem bevroedden...

(wordt vervolgd)

Geen opmerkingen:

Een reactie posten

reageer hier en nu