donderdag 9 augustus 2012

state of being - 9 augustus 2012


het mooist in biographieën heb ik altyd gevonden: de minutieuze beschryvingen van de routineuze dagindeling. byvoorbeeld: thomas mann schreef sochtends, maakte daarna een uitgebreide wandeling, ging dan aan tafel, las de kranten, deed wat correspondentie. deed daarna een late middagdut, tydens dewelke absoluut niémand hem wekken mocht (één uitzondering: toen zyn vrouw hun kleinzoontje opdroeg:"ga hem nu toch maar wél wekken." "wat is er?" vroeg mann ten zeerste getergd. "je... je hebt de nobelprys gewonnen...") hy ontving zyn gasten by het avondmaal, placht voor te lezen voor zyn kinderen, dronk een bel cognac, zette zich aan de lectuur van litteratuur die hy gebrukte voor zyn werk, ging slapen met oordopjes, droomde van naakte jongens op het strand, stond om zeven uur 's morgens weêr op om te schryven. of ook: henry miller was soms drie dagen aan één stuk wakker, maar àls hy dan insliep uiteindelyk, was hy met geen drilboor wakker te krygen.
    myn eigenste dagindeling heeft deze zomer weêr een uitzonderlyke vorm, anders dan vroeger, doch zeker ook anders dan in september het geval zal zyn, wanneer een paar toneelprojecten tegelyk aankloppen (toeren met jowan petit, try-outen met rick de leeuw...) deze zomer wordt integraal gedetermineerd door myn woonkamertournee, die, al speel ik vyf dagen per week, toch een grote rust herbergt: de tekst is klaar en gekend en sinds vorige week zelfs nauwelyks nog voor verbetering vatbaar. dat wil zeggen dat ik pas om 18u myn wagen instap om te gaan "werken" (tussen wasspelden, dwz aanhalingstekens, vermits het geen "werken" is in de strikte betekenis van dat fascistische woord, maar eerder een verbaal feestvieren. écht werken is het beginnen schryven aan zo'n conference; doodgaan zonder te herryzen en toch overniéuw, daarna, doodgaan...)
    ik word wakker rond acht uur 's morgens, wat erg vroeg is, daar ik pas om vier uur 's nachts het licht uitdoe om, voldaan, dat treintje richting sluimerland aan te vatten. maar mollie en luv hoor je beneden in huis lachen en stommelen en gillen; een douche nemen (= een orkaan van verdriet voor mollie), et cetera. niemand verplicht my ertoe, moet gezegd, om daarom reeds, zo vroeg dus, het bed vaarwel te zeggen, maar het vaderinstinct is kolossaal. temeer wanneer ik het moet merken, lezers, dat myn ochtendlyke gedachten toch maar weinig waard zyn; knorrig om deze of gene persoon die een afspraak niet nakomt, innerlyk natellend hoeveel of hoe weinig centen er op myn rekening staan, en my inspiratieloos afvragend hoe het toch allemaal zo verkeerd is kunnen lopen; hierby vergeleken, is die levendige vreugdeval van schaterlach van myn gezin de wàre lokroep!
    ik kom dan in myn blauwe kamerjas de trappen af, mollie hoort my en roept my en wacht my op, beneden aan de voorlaatste treê. dan suf ik een weinig in de zetel, drink een tas koffie, lees in een krant, net zolang tot mollie en luv zich met de buggie de stad in begeven voor boodschappen. dan kruipel ik overnieuw naar myn beddensteê op de tweede verdieping, lees daar waren blaêren in de slauerhoff-biographie en kantel maar weêr in slaap. 's avonds drink ik koffie om wakker te blyven, doch 's morgens juist om in te slapen - wonderwel mét effect; die koffie maakt dat je actief gaat dromen, enorm fyn...
    telepathisch aangedreven schyn ik telkens vanzelf wakker te worden: één halve minuut voordat myn gezin weêr thuiskomt. optenief naar beneden, optenief koffie maar ditmaal met koffiekoeken of liever nog, tegenwoordig althans, een droge pistolet met goedkope leverpasty... verstoppertje spelen - mollie roept dan:"kast!... kast!..." waarmeê ze zeggen wil: zoek my in de kast! dus dan moet je in de kast kyken, maar ook achter de zetel et cetera et cetera (een runnig joke is dat ik tegen luv zeg:"zoek jy eens helemaal boven in huis?..."), om pas na een tydje te mogen uitroepen:"o, dààr is mollie!!" vandaag was wel écht knetter, omdat zelfs mollie zelf aan het méêzoeken ging...
    dit duurt dan voort tot halftwaalf, wanneer haar middagdut begint, om voort te duren tot, met wat geluk, halftwee. ten tweede male die ochtend, begeeft ondergetekende zich onderwyl naar zyn sponde, met een tweede koffie, en leest een halfuur en begint dan zyn correspondentie, via e-mail en een beetje via facebook. toch is deze correspondentie oppervlakkig, myn échte laptop, en ook myn uitgebreide papieren, liggen driehonderd meters verderop, in myn godenpand in de lindeboomstraat. dus na een uur uurtje van dittum, vergeef my, val ik ten tweede male in slaap. vaak is de buurvrouw intussen behoorlyk luidruchtig beginnen te telephoneren, en zoek ik daarom de enkelmatras op, die ligt in de aangrenzende, iets grotere zolderkamer.
    mollie wordt wakker, meestal zingend, soms ook hartverscheurend schreiend. héél soms haal ik haar uit bed, maar meestal niet, daar ik zelden met zékerheid weet of ze wel degelyk voorgoéd wakker is en niet voor maar eventjes tussendoor.
    dan sla ik aan het telephoneren, wat nu pas kan: 's morgens spreek ik niet graag en 's middags maak je de patapouffe daarmeê wakker, in dit huis, waar je, immers, alles hoort.
    ik was my niet in de badkamer maar met een teil op deze tweede verdieping en volg ondertussen het nieuws, byzonderlyk het nieuws dat je kan bekyken op de website genaamd "deredactie.be." de laatste maanden niet erg langdurig, ik stoor my aan de absoluut krankzinnige overdosis sportnieuws - nu weêr, dus, die olympische spleten, fok it.
    deze zomer, die van 2012, een scherp onderscheid tussen myn dagdagelykse outfit (een cheape blauwe jeans, een vestje van zes jaar geleden met te korte mouwen) en myn zogenaamde "zondagse kostuum", opzygehouden voor gigs en presentaties... vooral omdat het weêrtype onvoorspelbaar is: ik wil met myn weinige goeie kleêren niet in de regen.
    wanneer ik geen optreden heb, en daar dus niet om hoef te mediteren, breng ik ook de namiddag door in het teken van myn kleine dochter. binnenkort kan dat niet meer, door debiele repetities in het verschiet... praktisch dagelyks gaan we naar de dierentuin, waar je toch telkens weêr verrassingen treft. vandaag trokken we daarenboven naar het stort, het containerpark op de cingel, met pertang wel een zeer kleine bagage rommel, die weg moest, en één keer in de week begeven we ons naar oma en opa...
    rond halfvyf zyn we weêr thuis in de klappeistraat. dan komen de vele kinderen van deze straat op de ramen en deuren kloppen - mollie hier zowat dé internationale speelpop zynde, vooral voor alle meisjes. de moll zelf is tegen dan feitelyk te moê voor nog veel impressies, dus nà dat halfuurtje buurtspeeltyd gaat ze doorgaans aan het schreien, wat we dan weêr kalm krygen met een halfuurtje "ukkie" of "het zandkasteel" op youtube. vroeger hadden luv en ik een hekel aan "het zandkasteel", doch na een tyd word je immuun.
    de enige soort van boeken die ik tussendoor kan geconsumeerd krygen, zyn boeken die handelen over "onnozele feiten" - zo las ik vandaag dat de neus van het vryheidsbeeld in new york precies een anderhalve meter lang is. charles dickens of proust is niet haalbaar, omdat mollie je vooràl nodig heeft wanneer ze ziet dat je er even niet by bent.
    luv heeft inmiddels myn avondmaal bereid, ryst met kerrie of stoofvlees met aardappelen of goed gevulde tomaat. de moll krygt haar fles, ze gaat rond halfacht slapen - en dan laat ik myn vrouw als een weduwe achter, voor de rest van de dag (maar rond negen uur valt ze zelf alweêr om, en myn éigen sociale leven is, als ik niét optreed, net zo miniem.)
    met de fiets naar de lindeboomstraat, waar myn rode gordynen en scharlaken tapyten en myn oneindige boekenkast my opwachten, geduldig. hier begint dan myn tweede leven, dat dus wel erg goed in mekaâr zit. deze maand luister ik steevast, on-line, naar gemiste uitzendingen van radio klara - geen muziek, alleen maar gebabbel, gebabbel. maryke arys over jean-jacques rousseau. hans op de beeck over william faulkner. het programma van pat donnez over louis paul boon.
    eerst doe ik dan nog, ondertussen, huishoudelyk werk. oppervlakkig boenen, maar veeleer dingen opruimen. wat steeds gebeurt in oneindig vele stadia, het is nooit af. byvoorbeeld: een stapel teksten die werden gebruikt voor "stand-up tragedy" sorteer ik uit mekaêr, doch leg ik daarna alleen maar op de trap: pas morgen draag ik ze naar boven, en pas overmorgen leg ik die papieren weg in de juiste kast. zo zweeft hier alles in de rondte, voor buitenstanders crazy, voor myzelf zuivere kosmos (dwz kosmos in de betekenis van tegengesteld aan chaos.)
    dan voer ik myn correspondentie meer uitgebreid, om niet te zeggen: geheel fundamenteel. op het eind van iedere dag is myn mailbox leêg. zo zit ik in mekaêr; dat ik geen enkele mail onbeantwoord laat. met facebook gun ik myzelf wél meer traagte.
    dat mailen mondt tegenwoordig meestal uit in het regelen vanfinanciën. hoe dit mogelyk is, weet ikzelf evenmin, ik speel by jouw thuis voor 150 euro en basta, zo simpel is het - en toch ben ik tegenwoordig twee uurs per dag doende met het overschryven en factureel in kaart brengen en rmz-gewys verantwoorden van dingen die niet eens bestaan. wat daar nu wel bykomt, is dat ik doende ben, een subsidiedossier op te stellen, dus met de vraag om hulp; projectdossier om 2013 te overleven. het basisargument daarvoor simpelweg zynde: ik kryg er nog een zoontje by - help!!
    zo wordt het dan geleidelyk aan, o lezers, elf uren savonds. doordat ik, dit seizoen byzonderlyk, zo absurd vaak optreed (50 optredens op twee maanden tyd), loop ik, als ik niét optreed, rond dit late uur aan den dag, als door mechanisch verwekte adrenaline te ysberen door myn woonkamer, meestal knutselend aan, hardop debiterend, een béétje dat stuk met rick, een béétje iets voor de komende stand-up tragedy. maar veel stelt het zeker niet voor. er is wel dat gevoelen dat ik zulks, eigenlyk feitelyk, zou "moeten" doen: my voorbereiden op september - doch onderwyl begryp ik: ach, laat dat maar op my afkomen.
    wat ons dan uiteindelyk steevast tot deze blog voert, aan myn salontafel, zoals jullie weten. nu reeds byna zeven jaar lang is er geen dag meer voorbygegaan of ik documentair de wederwaardigheden alhier secuur.
    na "ik slaap als een croissant" heb ik geen ene minuut meer aan een roman geknutseld - vroeger had ik àltyd wel romanpapieren slingeren; iemand wees my erop dat ik toch mooi twaalf boeken heb gepubliceerd, als je begint te tellen by "het huis met het jachtgeweer". en er zyn wel reeds meetings geweest met frank zorro (die "de croissant" heeft uitgegeven), met het plan om "het lied van capitein" misschien uit te brengen - maar de zenboeddhist in my zegt: laat maar, het klimaat is er, voor my, nooit naar geweest - men neme er vrede meê: deze blog zelf is nog myn enige schryven. en met myn tweehonderd bezoekers hier, van wie één zesde zo'n "state of being" consumeert, is myn lezersaantal er niet eens kleiner op geworden.
     dat leer je toch ook met al die biographieën; nobelpryswinnaars als samuel beckett of william faulkner brachten, zoals geweten, het merendeel van hun bestaan totaal in verguizing door. louis paul boon werd ook alleen maar bekend als televisiespelletjesfiguur, mensen wisten niet eens dat hy schreef. dat is niet erg: literatuur is innerlyke aristocratie, dynamisch solipsisme.
    dan worde het twee uur 's nachts... ik leviteer met enige spaans sprekende gevallen engelen in myn achtertuin. en dan myn fiets weêr op,- naar de klappeistraat terug...
    iedere dag gluur ik nauwgezet naar binnen in café de kroon, welke staminee ik dan passeer. voorheen bracht ik àl myn avonden in kroegen door, maar nu is er steeds iets waardoor ik toch verderfiets - het inzicht dat gezelschap eigenlyk enorm vervelend is, en daarby het vooruitzicht op myn donsbed...
    het weêr aankomen in de klappeistraat is wezenlyk het enige harde moment van de dag. de fiets binnenzetten, geruisloos nog wat vreten soldaat maken. stilletjes de trappen op en beseffen dat je leesboek nog beneden ligt. stilletjes de trappen wéêr af - laatste loodjes, een paar fuzzdingetjes waar je opeens (het is halfvier) geen energie meer voor hebt.
    ik vouw myn kleêren op de tafel bezyden het ligbed en zet myn gsm uit - dàt is de triomf, dàt wil zeggen: je hebt deze gehele dag weêr mooi de nek omgewrongen. en daarna onder de dekens: lezen, lezen, hopelyk nog urenlang lezen, voordat de pluchen hamer op ons neêrvalt.

6 opmerkingen:

reageer hier en nu