woensdag 30 oktober 2013

nieve column voor de streekkrant - - editie kempen


S.O.S. Van De Ven, Olen

Een zeer beperkt aantal Kempische iconen slaagt erin om werkelijk deel uit te maken van ons collectieve onderbewuste. De familie Decap uit Herentals scoort hoge ogen, hun beroemde automatische orgels zijn populair tot in China, Canada en Tokyo - helaas liggen de roots van deze familie klaar en duidelijk in Nieuwpoort, dus hoezeer ze ook met onze kleigrond en dennenbossen is vergroeid, een zuiver Kempische legende is Decap niét. In Lier bedreef Felix Timmermans wereldliteratuur, maar de waarheid is dat de jeugd van tegenwoordig hem totaal niet meer leest, wat een béétje de schuld is van het onderwijs, maar meer nog van Playstation. Rik Van Steenbergen tenslotte, de wielrenner, is uiteraard een Arendonkse mythe om U tegen te zeggen - maar: daar staat dan weer tegenover dat de meeste sportmannen geen honderd jaar worden onthouden (wat trouwens een groot onrecht is: waarom bestaan er zo weinig standbeelden van kleiduifschieters en coureurs?)

Neen, voor zover ik weet, is er, op Margriet Hermans na misschien, maar één Kempisch monument dat écht naast die andere, spontane, internationale koplopers kan gaan staan als Nonkel Bob, John Massis, Mevrouw Leemans en Johnny Hoes, en dat is, lezers, de onvolprezen Frans Van De Ven, voornamelijk gekend van het theatraal ter ziele gegane winkelcomplex Van De Ven, Olen. De meeste zelfmoorden in België grijpen plaats op een zondag, en dat is niet onbegrijpelijk: de week staat voor de deur, het weekend is weer verteerd, en nergens valt er nog iets te beleven. Tenzij in De Zweep of in De Duzend Billekes. Alleen Van De Ven, Olen, bood de mensheid jarenlang een volwaardig alternatief. Welke Kempenaar van mijn leeftijd (gemaakt in de vroege jaren zeventig) herinnert zich dit niet: als scholier met de Pa en de Ma op zondag mee naar Olen, om daar een nieuwe bureaustoel te gaan halen, of een poster van Bruce Springsteen of voor de Grootmoeder een staande klok (bij Van De Ven, Olen hadden ze letterlijk àlles!)

Natuurlijk: deze bazaar die ons op zondag tapijten leerde kopen, is niet wérkelijk overkop gegaan, het ding is alleen maar getransformeerd, met name tot het ook wel tamelijk gezellige Shopping Park Olen. Qua aantrekkelijkheid verbleekt het Wijnegem Shoppingcenter hierbij als afwaswater. En zelfs tijdens de afbraakwerken daarvoor, bleven de cafetaria en de zaak Megameubel nog open, mét ook steeds nog iedere zondag optredens van artiesten. Dàt was het straffe aan Frans Van De Ven: hij viel niet te stopen. Onze Minister van Cultuur Joke zou deze mens dan ook dringend eens mogen vieren. Bobbejaan Schoepen is op de valreep, in de herfst van zijn leven, toch ook nog in ere hersteld als "de Belgische Johhny Cash"? Het is dringend tijd geworden om Frans Van De Ven te geven wat hij verdient, als grondlegger van het Las Vegas aan het Albertkanaal.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten

reageer hier en nu