KEMPEN COWBOYS
Kempenaren zijn het meest ondernemingsgezinde ras van de gehele wereldbol, Eskimo's en Faeröer-Vikings misschien niet meêgerekend. Ziehier nu weer het eeuwigdurende succesverhaal van kledinggigant Van Peer Mode in Poederlee, bij Lille; al een halve eeuw lang een begrip voor ieder die graag kleêren aandoet of uitdoet, hebben deze "Trumps" der stille Kempen nu ook het pand van slagerij Vermetten opgekocht, voor nog verdere uitbreidingen. Deze nieuwe plek zal specifiek voor herenkleding dienen.
De bovenvermelde slagers, de Vermettens, ken ik persoonlijk, omdat mijn eigenste vader en moeder ooit met die mensen gingen ballroom-dansen, in de Herentalse zaal "Time Out", bij Gie Van Sas. Maar kledingzaken rondom Lille liggen mij sowieso nauw aan het hart, doordat mijn moeder hier indertijd, in de bewogen jaren negentig, ook zélf een kleêrwinkel had, "Tricot Simone" in de Rechtestraat. Eerst trok zij daar weinig cliënteel; maar toen kwam mijn grootmoeder langs vaders zijde zich ermeê bemoeien, die ervaring had als marktkramer in Turnhout; ze herschikte de stijlvolle, maar wat strak geregisseerde etalage tot één bonte feesttent van veelkleurige sjaals naast flashy berenmutsen, tweehonderd verschillende soorten Sloggi's naast broches, kousen, lintmeters en walvisballijnkorsetten. En toén werd die winkel een volksverhuizing op zichzelf. Zoals in wel meer Kempische dorpen, was dit méér dan een winkel; het gold er tevens als een praatbarak, een thee-hoek, een zelfhulpgroep voor gevorderden én een volkskermis. Kleêren kopen bij Simone, was kleren kopen bij een vriendin.
Als jonge, weerbarstige tiener reed ik er soms toch meê naartoe. Komende van Vosselaar, passeerden we dan nog een andere historische kleêrwinkel:"De Broek", waar exclusief jeansbroeken voor mannen werden verkocht, door een familie die, krankzinnig zo toepasselijk, "Van Den Broeck" heette. De winkel viel zo erg op, omdat er aan de zijkant van de baan een elf meters hoge, in triplex uitgezaagde jeansbroek stond opgetrokken, het derde Kempische Wereldwonder, direct na de Tempel van het Tibetaans Instituut in Schoten, en het cowboydorp El Paso in Wuustwezel.
Die winkel van mijn moeder in Lille is nu een firma geworden voor betonnen kelderdichtingen. Waar vroeger De Broek was, is nu wél nog steeds een kledingzaak. En dat cowboydorp in Wuustwezel, El Paso, is uitgerekend sinds déze week terug opengegaan, na een relatieve stilte van twee jaar. Inderdaad: twee jaar terug, in 2014, werd dat zalige cowboydorp, mét kapel, kerkhof, saloon, kapperzaak én galg, van de hand gedaan, voor exact 25.000 euro - wat voor cowboydorpen in het algemeen wel een normale prijs is natuurlijk. Tot voor kort bleef daar enkel de saloon open, maar nu werkt àlles daar weer. Mét zelfs, iedere zondag vanaf drie uur 's middags, live muziek én lasso-show!!
Da's toch weer straf. Een paar weken terug reed ik toevallig door Lille - en wilde ik aan mijn dochter tonen waar dat winkeltje was - maar ik vond het niet terug. Heb ook aan de broek gedacht: "oh tiens, die broek staat er niet meer. Da's jammer."
BeantwoordenVerwijderenHet was ongeveer 180 jaar geleden dat ik nog in Lille geweest was. En uitgerekend nu publiceer je dit stukje ... misschien is dat het antwoord op je vraag: waarom je sommige cursiefjes op het blog zet en sommige niet. Hogere krachten in de cosmos bepalen dat - of misschien hogere Kempische krachten. Dat kan ook - en is misschien meer waarschijnlijk.