zondag 19 november 2023

GAST-AUTEUR

60. BEN IK OUBOLLIG?


Hoe overheerlijk de heilbot met prei in dat gezellige restaurant ook had gesmaakt, na zijn dessert en nog drie keer een koffie kon hij daar niet langer blijven. Kijkend naar de spattende regendruppels op zijn motorkap had Joseph nog een uur in zijn auto doorge­bracht. Lezend in zijn krant en luisterend naar de laatste nieuwsbe­richten op de radio, was hij nooit eerder zo goed van het wereld­gebeuren op de hoogte geweest. Daar was in de eerste plaats de burgeroorlog in Rwanda, waar de laatste weken miljoenen mensen met een machete werden afgemaakt. Dat er in zijn leven ook een machete was opgedoken, heette een beangstigend toeval. Volgens de laatste berichten zou het tien graden koeler worden. Terwijl dit gezegd werd, klaarde de hemel zodanig op dat hij ervan profiteerde om uit te stappen.

   Anderen dachten er precies zo over. Want zie, de verlaten stegen van het oude Schipperskwartier liepen weer vol. Hoewel hij ‘De Zwarte Komedie’ nog nooit eerder had bezocht, wist hij verdomd goed waarheen zijn schreden te richten. De zaal bevond zich immers op een boogscheut van de Oudemansstraat. Bij de ingang hing, naast een rij affiches van het literaire Circus Bulderdrang, ook nog die van de voorbije theaterproductie ‘Egon Schiele’ met zanger Guido Belcanto en Martinus Wolf aan de piano. In de open poort, waar hij aan twee meisjes zijn entree betaalde, werd hij vriendelijk verwelkomd door een grote, pluizige hond.

   De kleine schouwburg, zoals Joseph zich die had voorgesteld, bleek eerder een aftands zaaltje met een allegaartje van tweedehandsstoelen dat aan zowat zestig toeschouwers plaats kon bie­den. De helft ervan was al aan­we­zig. Het eerste wat hem daarbinnen opviel, was dat hijzelf het meest opviel; niet enkel door zijn leeftijd, - de meeste bezoekers waren jonge mensen, - maar vooral door zijn kledij. Hij herinnerde zich wat Harold hierover gezegd had: ‘Pa, waarom draag jij nog een das? Ga met je tijd mee. Je ziet er oubollig uit.’ Nadat hij op de hoogste rij had plaatsgeno­men en genoot van het uit de luidsprekers komende, heerlijk ouder­wetse ‘I get along wit­hout you very well’, lette hij op het binnen­komende publiek. Maar ook de reeds aanwezi­gen ontsnapten niet aan zijn aandacht. Van links naar rechts zocht hij de rijen af.

   Net vóór de voorstelling begon, kwam het Zwanenjong als laatste opdagen. Hij verkeerde in het gezelschap van een meisje met verwilderd punkkapsel. Haar gebleekte jeans met enorme gaten ter hoogte van haar knieën, droeg modieus bij aan de unifor­me buitenkant van heel wat jongeren. Wellicht uit verweer tegen de consumptiemaatschappij, of gewoon om dwars te liggen, werd hier meer dan elders op het naturelle en ongekunstelde gefocust.


(WORDT VERVOLGD)


Geen opmerkingen:

Een reactie posten

reageer hier en nu