vrijdag 3 november 2023

gast-auteur

48. 

Door dit beetje menselijk contact begon Jo­seph zich meer op zijn gemak te voelen. Nog een minuutje en hij zat helemaal in zijn gehaaide rol. ‘Als die koude thee van je me geen vijftig kost! Ik heb vanavond nog wat te spenderen!’

    Hij keerde het hoofd naar het halfdonke­re inte­rieur. Drie schaars geklede meisjes zaten op een sofa: één mulattin en twee uit de Oost. Eén oos­terse blader­de in een tijdschrift, terwijl de andere haar vingernagels lakte en de mulattin een kat op haar schoot over het kopje aaide. Of­schoon het tafe­reel verve­ling uitstraalde, kon Joseph zich indenken dat een kunste­naar als Tou­louse Lautrec het boeiend genoeg zou vinden. In feite, dacht hij, verschilde de verveling weinig met sommi­ge avonden thuis, even­min zoals de elegantie verschilde als Isabelle rond dit uur in haar fau­teuil zonk, de vrouwelijke knieën ver­fijnd tegen elkaar, en in haar hand een glaasje port. Het drong tot hem door dat er muziek spee­l­de, - iets met een saxofoon en wat ver­sleten vio­len, - precies zoals het tot hem doordrong dat zijn voor­stelling van de rode hel waarmee hij had gedacht in deze hoerenkast ge­confronteerd te zullen worden, beant­woordde aan een aanvaardbare menselijke reali­teit en dus feitelijk heel ge­woon was. Deze vast­stelling ontspande hem.

   Het meisje hief haar glas. Zij vroeg wat een keurig man als hij hier uitspookte. ‘Of ben je van de politie?’

   ‘Privédetective.’ Hij toonde haar een foto.

   ‘Mooie dame... Echt een mooie da­me. Ja, en ik heb haar, geloof ik, al gezien!’ Zij riep haar vriendin op de sofa. Het oos­terse meisje draaide de dop op het flesje nagellak en kwam naar hen toe.

   ‘Laat haar ook eens kijken!’ En tot het meisje: ‘Wat denk jij, Ping? Is zij het? Of niet?’

   Ping knikte overtuigd. ‘Vorige week raakten aan de overkant van de straat twee mannen om haar slaags!’

   ‘Oei! En was de politie eraan te pas gekomen?’

   ‘De jongste ging huilend lopen. Echt zielig was het! Met die vrouw als buit is de winnaar hier­over naar binnengegaan.’

   ‘Hoe zagen de vechtersbazen eruit?’

   Ping trok de scho­uders op, mogelijk uit onvermogen, daar zij haar taaltje onvoldoende onder de knie had.

   ‘Je ziet hier zoveel mensen,’ sprong de eerste haar te hulp. ‘De oudste was van jouw leef­tijd. De jongste hooguit twintig!’


(WORDT VERVOLGD...)

Geen opmerkingen:

Een reactie posten

reageer hier en nu