gast-auteur

52.

Langs de blinde zijgevel van een autostalling naderde hij het gebouwencomplex. Hij kon zich de ligging van het openluchtzwembad bezijden de feestzaal nog precies voor de geest roepen. Achter de hoek kreeg Joseph een kijk op de open ruimte tussen de gebouwen. Het blau­we Renaultje stond voor de geopende stalling. Door een plons in het water ontdekte hij de rimpelingen over het zwembad en hoe een vrouw naar de kant zwom om zich langs de lad­der omhoog te hijsen. Zij droeg een rood badpak.

   Snel een foto! Dan zich terugtrekken. Hij stelde zich voor dat Carlyles komst haar nieuwsgierigheid had geprik­keld en zij zich om die reden naar binnen spoedde. 

   Gelokt door een venster met neergelaten blinden, hoorde Joseph stemmen in die buurt, maar niet zo dat hij eruit kon wijs gera­ken. Hoe dichter hij naderde, hoe meer de ge­sprek­ken allerlei bizarre vor­me­n leken aan te nemen. Zo stelde hij zich een win­gerd voor met drie, vier zijtak­ken. Soms on­der­scheidde hij een vrouwelijke tak, dan weer een onbe­kende mannelijke, maar af en toe ook een Carly­le-tak. Ja, dat zich een Carly­le-tak tussen de andere had ver­strengeld, daarvan was hij vrijwel zeker. ‘Hier onze nieuwe identiteits­kaart en verblijfsver­gunning. Het vlieg­tuig is voor mor­gen!’

   Achter Joseph klonk gehijg. Een verscheurend beest had zich grommend in de spraakwingerd gehesen en sloeg hem dodelijk verrast tegen de grond. De woeste kop boven hem, het kwijl van de opengesperde muil druipend over zijn gezicht, klauwen die zijn voorhoofd, ooglid en kin schramden, beletten hem niet de helderheid van geest voor het besef dat, in­dien hij de voorpoten te pakken zou krijgen, met een buitenwaartse ruk hieraan de borstkas van het dier kon openrijten. De moei­lijkheid zat 'm erin dat, als hij de greep om zijn nek zou lossen, de open kaken hem genadeloos konden pak­ken. Door een rake schop­ van zijn knie tegen het sparte­lende onderlijf slaagde hij erin het beest van zich af te gooi­en. Grommend zette het zich schrap voor een twee­de sprong; voor Joseph een kans om zijn wapen te richten, wat gevolgd werd door een helse knal. Genoeg voor het beest om er op slag vandoor te gaan en alle spraakwin­gerds binnen een straal van twee kilometer hetzelfde moment te doen verstommen. Met het wapen voor zich uit holde hij ­recht het dichte loofbos in.

(WORDT VERVOLGD...)