tydens een gesprek met een vriend zag ik verderop in het landschap allerlei reeksen okeren kleibergen één na één in elkaâr storten, de definitie van destructie, maar behalve onheil was dit tegelyk ergens iets dat rust gaf, iets dat mooi was en iets dat my toch niet raakte. eerder vannacht maar in verband daarmeê droomde ik dat de vader van een belangryke vriend van my, uit myn zaal wegliep, namelyk omdat ik altyd maar hetzelfde, suffe liedje zong ("huilen is voor jou te laat"), maar ook dit was niet te erg; myn vriend zei: "wat je doet, moet ergens over gààn,"- en daar had hy wel gelyk in.
beide dromen zyn allicht een oproep tot herbronning; ik moet my onderhand zien te herbronnen, wel dringend maar ook niet té dringend, keep it human.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten
reageer hier en nu