maandag 3 april 2017

kroniek 9

de kronieken
van de knekelman




feuilleton 
in 10 afleveringen


door don vitalski














9.
de kinderen werden door trixie één voor één naar hun slaaphoek gedragen, waar ze, achter een van visnetten vervaardigd gordynen, per vier persoontjes een stapelbed verdeelden. de kleine niels liep by ze, als één en al van hén; in geen enkel opzicht volwassen of erudiet - byna alsof het om een helemaal andere jongen ging dan die hem, daarstraks nog, het leven helemaal was komen te redden. alleen: die jongen was toch ongemeen schrander en meêlevend en zachtaardig, en daaraan herkenden we hem dan toch wél.
    myn cigaretten werden helemaal opgerookt. dat vond ik niet erg, ik begreep dat dit gewoon niet anders kon. in myn gedachten las myn vader wat hier gebeurde tezamen met my meê - en dan keurden-'ie dit goed; hiérvoor waren die speciale cigaretjes just uitgekozen geweest, om hiérzo, in dit gezelschap helemaal te worden geconsumeerd. maar vervolgens deden ook weêr die kleine paddenstoeltjes hun ronde, voornamelyk komende van buffalo bill. "ik wil nooit meer, ooit nog, de buffel worden genoemd! ik weet dat jullie my zo noemen achter myn rug! maar ik wil dat niet meer, dat is gew-noeg geweest. hbben jullie al wel eens gezien hoe zo'n buffel eruitziet. ik bén geen buffel - maar ik lyk ook helemaal niet op een buffel! een buffel is een rund - en ik bén geen rund, niet boven en niet beneên."
   "okay, bill..."
    het integrale gezelschap geraakte in stemming. ikzelf ook wel - maar in wezen was ik te erg versuft, nog altyd was het zo dat ik nog maar juist was ontsnapt aan het ergste commando dat er bestond, en daarna ook nog eens uit de ergste strafkolonie - de bubbels! en: dit labyrint, hier vlakby - in feite zaten we daar nu nog steeds; ergens aan de ingang van ht labyrint, wist ik veel hoe ik hier zou kunnen buitengeraken in myn eentje.
    bovendien joeg trixie my schrik aan. tenminste: trixie zelf werd alleen maar zwoeler en alsmaar meer aanlokkelyk, alsmaar meer moeilyk om nog aan te weêrstaan; maar het leek toch, alsof de minotaurus zulks toch niet kon bolwerken. de mare wilden-'t, dat trixie "helemaal vry leefde", maar de atmosfeer scheen toch anders, als je erop lette.
    het gesprek ging een paar diverse kanten uit. het noodlot van de giraffe - zou die nog in leven zyn, of waarschynlyk vermorzeld in het klapstoeltjescommando. de toren van zen-dor zelfs, kwam ter sprake - daar had ik ze als enige vanalles over kunnen byleren, daar was ikzelf nog geweest - maar: laat het, dat zou ons, begreep ik, meteen te ver hebben gevoerd. maar aldoor ging het na een paar minuten, als vanzelfsprekend, over de queeste met het riviervlot, dat ons voor de boeg stond. "dit hoefde niet per definitie iets levensgevaarlyks te worden... met wat geluk zou dat zelfs aardig kunnen meêvallen - echt waar," zei buffalo bill. "neem daarzo, dat schaakbord maar meê; by zonnig weêr, als er geen wind staat, zullen wy ons nog vervelen ook, wat ik jullie brom!..."
    nog meer van die paddenstoeltjes namen allen tot zich. ook trixie nam er nu een heleboel van tot zich - maar dan begaf zy zich gelukkig naar de keuken, iets dieper in dit hol...

Geen opmerkingen: