zondag 1 augustus 2021

gast-auteur


PORTRET VAN DE AARDBEIENPLUKSTER
ALS JONGE VROUW


door Robertus Baeken, vanuit de aardbeienvelden

  


28.
Anke deed of ze vlijtig zat te studeren. Bij het zien wie er binnenkwam, stond ze op. ‘Ik begrijp Moe niet!’ Haar armen haalden Mieke zachtjes naar zich toe. Dit troostend gebaar miste zijn uitwerking niet. Op haar beurt schoof Mieke enkele haarlokken voor Ankes voorhoofd liefdevol opzij. ‘Gregoors schuld. Toen ik vanmiddag thuiskwam, stond Moe met hem te kletsen. Je had hun gezichten moeten zien!’
   Later was Mieke hoe langer hoe minder aan de juistheid van Ankes verdenking gaan twijfelen. Telkens zij die ouwe langs het tuinpad tegenkwam, meende zij in zijn anders zo schichtige blik leedvermaak te bespeuren. Nu kon ze haar ouders over hem de waarheid vertellen, - uit wraak. Maar wat zou ze daarmee opschieten? Er werd voet bij stuk gehouden: Francis mocht er niet meer in.
   Natuurlijk ontmoette zij haar vriendje nog, zij het enkel tijdens het weekend in de disco of bij hem thuis. Uit die samenkomsten, - zo had ze hem tijdens hun laatste afscheid gezegd, - putte ze de kracht om dagenlang weer in volslagen duisternis te leven. Daarmee bedoelde ze haar troosteloze afzondering in het zwijgen. Zelf scheen Francis de nieuwe situatie minder tragisch op te vatten. Maar ondanks zijn herhaaldelijke beweringen haar moeder best te mogen, bleef Mieke ervan overtuigd dat hij opgelucht was niet langer met de kortzichtige opvattingen van ‘dat mens’ geconfronteerd te worden. Daarin kon zij hem moeiteloos volgen. Francis had haar geholpen het doen en niet-doen van de mensen in haar midden kritisch te observeren. Moe was inderdaad beschamend dom en ouderwets.

WORDT VERVOLGD

Geen opmerkingen: