woensdag 20 februari 2013

state of being - 20 februari 2013


vanmiddag alweêr naar het stort geweest. dit is regelrecht een afwyking van me. ik geloof dat ik er met meer regelmaat dan één keer per twee maanden naartoe manoeuvreer. er is dan ook telkens, wonderwel, genoeg om dringend van af te moeten; zetelkussens, nachtkastjes, verhuiswagentjeswielen. het plezier om, ook nooit zonder moeite, dingen weg te gooien, overstygt als enige het plezier van het verzamelen. afbreken, leêgte creëren, tabula rasa. hoeveel moeten wy westerlingen niet wegdoen om écht met niks te eindigen? de bodem, die kunnen wy ons niet voorstellen - wy sterven straks, zonder die ooit warempel te hebben gezien (behalve wanneer we een vriend of een familielid afgeven...)
    doch byzonderlyk de fysieke realiteit van die stortplek zelf; het schitterende betonnen wegdek vol slimme barsten, de stank zelden té erg, veeleêr ietsie-pietsie aangenaam prikkelend zelfs; en de nooit in vraag gestelde macht van zo'n gemiddelde, officiële stortplaats-wachter; je wil deze of gene plasticzak in deze of andere container onderbrengen, maar dan komt zo'n oranje gestreepte wachtpost jou aanroepen:"dat moet by non-ferro!" - zonder poespas, doch ook nooit onvriendelyk, zéker niet!
    door deze bezigheid verkeerde ik de rest van de lange dag in een zeventiende-eeuwse stemming. in de jaren 2001 en 2002 las ik tamelyk veel boeken over lodewyk XIV, worstelde my zelfs door de franstalige dagboeken van saint-simon... in 1667 toefde de mensheid dichter by de waarheid dan in het verneukte heden... de dingen waren doordrongen van een god die nog niet dood was, je kon die zelfs telephoneren. en de muziek van toen levert daar heden ten dage het bewys nog voor - de canon van pachelbel (1653-1706), het adagio van albinoni (1671-1751) - vooral dat weliswaar té grysgedraaide laatstgenoemde zou vandaag kunnen zyn besteld door steven spielberg; al is die muziek dus wél gegrondvest in de ver vervlogen tyden van die witte pruiken dragende vossenjagers...
    nu, wanneer ik dit alles is hier neêrtyp, is het halfeen snachts... een kaars brandt ledig, twee halve literblikjes bier geraken op... terug myn knellende paar schoenen aan, afzakken naar de klappeistraat...

Geen opmerkingen: