HET GEVAAR LOERT IN MOMBASA
van onze correspondent in de jungle robertus baeken
Geïnspireerd door een beroemd ontdekkingsreiziger besluit onze held een in Afrika vermiste landgenote op te sporen. In Mombasa komt hij in contact met de Swahilisprekende Duvel die hem met zijn veertigkoppige expeditie zal vergezellen door de jungle. Onderweg slaan de dragers aan het muiten en tot overmaat van ramp worden hij en Duvel door kannibalen gevangen genomen. In hun dorp aangekomen, blijkt de verdwenen landgenote daar aan het hoofd te staan.
aflevering 36
Mombasa, 14 September 1926
Hoewel Bobo Nkatunjiki er met zijn ‘ikk’ niet ver naast zat, ging de interviewer van het krantje zijn boekje ver te buiten door in een later artikel te melden dat de naam van de Belgische boekhouder aan het hoofd van de karavaan ‘Van Keutel’ luidde.
Mombasa, 10 augustus 1928
In de volgende twee jaar waren de Sukkeluu’s bijzonder vreedzaam geworden. Kwam het door enkele strafexpedities van de Keniaanse strijdmachten? Of lag het aan de overname van hun wreed schrikbewind onder het massaal halfdood knuppelende Gouden Kalf met de blonde lokken?
Bij hun massale hutzoekingen hadden de strijdmachten, naast een hoop door hen opgevorderde zakmessen waaraan via een scharnier ook een levensgevaarlijke gekrulde piek vastzat, tevens honderden luipaardvellen aangetroffen. De zware vracht werd in zijn geheel overgebracht naar het gouvernement. Wat er later mee gebeurde, is nooit opgehelderd.
Een of andere in de buurt van de Kilimanjaro verdwaald, halfgek, door malaria, schurft en tseetseevliegen aangestoken pelsjagertje kwam in Mombasa aan met de melding dat de Sukkeluudorpsoudste, - een met krukken lopende veertiger zonder tanden, - hem op zijn sterfbed had bekend de leider van een daar twee jaar geleden aangekomen expeditie, de hals te hebben afgesneden. Het lichaam zou in een kloof zijn gegooid aan de voet van de Kilimanjaro. Het nieuws verscheen in het lokale krantje waarin Bobo Nkatunjiki twee jaar eerder zijn interview had weggegeven. Daarmee vertoonde de verdwijning een treffende gelijkenis met wat de beroemde Fawcett een jaar eerder was overkomen.
Mombasa, 13 november 1928:
De loopafstand tussen het Sukkeluudorp en de droge kloof waarin het onthoofde skelet, samen met een logboek en het kaakbeen van een Neanderthaler vandaag op aanwijzingen van het toch niet zo gekke pelsjagertje door de Keniaanse strijdmachten in de begeleidende aanwezigheid van adjunct-gouverneur Van Kuyck werden teruggevonden, bedroeg in de tijd dat de geschiedenis zich afspeelde, twee dagen. Om die reden, maar zeker ook wel om het aantal dagen bij de publicatie met een mooi getal af te ronden, werd al bij de eerste editie besloten het logboek niet na de achttiende, doch pas na de twintigste dag te beëindigen.
Naar Van Kuycks eerste bevindingen was de onthoofde niet moeders mooiste. Volgens hem was het skelet veel ouder en behoorde het eerder toe aan een Neanderthaler. Hij heeft het logboek voor onderzoek mee naar zijn villa genomen. Eenmaal thuis bemerkte hij dat daarin een groot gedeelte van Dag Twee ontbrak.
WORDT VERVOLGD
Geen opmerkingen:
Een reactie posten