zaterdag 10 april 2021

GAST-AUTEUR


HEKSENJACHT



door onze correspondent robertus baeken, vanuit de korenvelden van salem...


50.2.
Ik ging achter de Koningin staan. Trok aan de hoornvormige, zwarte lokken. En zie wat er toen gebeurde: ineens hield ik een pruik in de hoogte. Daaronder zat een lachwekkend platgedrukt, peper- en zoutkleurig dun vlosje.

   ‘Ooh!’ klonk het rond de tafel, nu voor de derde keer, met dit verschil dat de volmondige klank eerder in dalende lijn ging; wat volgens mij betekende dat alle aanwezigen hier ter wille van het bedrog met een vreselijke tegenvaller hadden af te rekenen. 

   Met uitzinnig boze stem probeerde de heks haar dwergen weer in het gareel te krijgen. Zorro was haar net één tel te vlug af. Op tafel lag nog een laatste spie slagroomtaart, groot genoeg om die met een krachtige draai over haar gezicht uiteen te smeren en het spreken te beletten.

   In plaats van verbaasd ‘Ooh!’ weerklonk nu een vermakelijk ‘Aah!’ dat zich dra vermenigvuldigde tot er enkel nog een voor de heks wel zeer ontluisterend, rumoerig ’Aahahaha!’ te horen was.

   Nu had ik zelfs nog een stapje verder kunnen gaan. De kabouters zwart op wit laten zien dat die puntige borsten achter haar strak leren pak, slechts uit vindingrijke opvulsels bestonden. Maar volgens Zorro was ’t al schoon genoeg geweest. Het algemene gelach miste zijn uitwerking niet. Nadat de oudste en lelijkste kabouter opstond, volgden spoedig ook de anderen. Eén voor één verzamelden zij zich in verering rond Sneeuwwit. Pas toen hen na heel wat vijven en zessen duidelijk werd dat zij aan haar zijde niemand anders wilde dan haar thans afwezige Prins, hielden die lelijkerds het eindelijk voor bekeken, zelfs onze professor biologie. Hij trok de kliedernatte zak uit de emmer om op zijn beurt naar hemd en jas op zoek te gaan. Daarmee werd het een drukte van jewelste. Terwijl ik de limousines op de oprijlaan hoorde starten en wegrijden, haastte Sneeuwwit zich langs de trap naar de kelder, waardoor me opviel dat Lucretia nergens te bespeuren was.

   Ik wilde geen minuut langer met die stomme heks in haar hel verblijven. Bijgevolg haastte ik me op mijn beurt naar de tuin. Vanaf de veranda kon ik nog juist zien hoe een ouwe vent het portier van zijn Rolls overdreven behulpzaam voor Lucretia openhield. 


WORDT VERVOLGD...


Geen opmerkingen: