woensdag 22 oktober 2014

column streekkrant editie antwerpen


SCHELDA'PEN

Het sociaal-artistieke collectief van de zogenaamde "Schelda'pen" heeft reeds een fenomenaal parcours afgelegd. Mijn eigen verste herinnering gaat terug tot in het jaar onzes Heren 1995 - voor onze Scheldestad overigens een jaar dat traumatisch; gedenken we, op oudejaarsavond van 1994 naar 1995, de brand in het gewezen Switel Hotel op het Kievitplein; feestdecoratie vatte vlam in de aanpalende feestzaal, aanwezige celebrity Lee Towers kon zijn vrouw nog redden uit de zogenaamde Tennerife-zaal, maar vijftien ongelukkigen lieten het leven en bijna tweehonderd mensen geraakten zwaar gewond.

Vandaag kan men zich dat niet meer voorstellen, maar in dié tijd waren "de Schelda'pen" een noemer voor zowat hét meest marginale zootje ongeregeld onder de zon. Ze bestonden daarvoor al even, maar toen ik er bij uitkwam was het dus 1995 en had de bende zijn fuifzaal in de Meistraat, dus uitkomende op het Theaterplein. Er was een optreden gepland van Rudy Trouvé, maar dat optreden kon niet doorgaan omdat er daags tevoren een klassieke drugsdode was gevallen, en de politie het pand had verzegeld. Dat was, werd mij verteld, het beproefde parcours: de Apen stelden hun tenten op, er ontsproten een serie feestjes uit, een half leger kraakpanders vond er zijn draai - maar dan kwam er steevast voor één iemand een fatale drugsdosis bij kijken, en moest de boel weer dicht.

Na nog eens zeventien omwegen en achttien valkuilen belandden de Schelda'pen op het uiterste Zuid van het Zuiden van de stad, op de d'Herbouvillekaai, nog iétsje verder dan waar heden De Petrol nog steeds bezig is met proberen te overleven. Daar tussen het kleurige onkruid, in de schaduw van een avontuurlijke boomhut en met zicht op een sereen gedeelte van de Schelde, transformeerde de Schelda'pen, hoewel spontaan, tot een goed geoliede machine, waar hardcore gigs van punkers voor junkers werden afgewisseld met eervolle performances van Het Toneelhuis en andere wereldsterren. Hoe het kan, dat weet ik niet, want er scheen geen werkelijk bestuur achter te zitten, maar toch geraakte de afwas daar gedaan en werden zelfs de toiletten goed onderhouden. Dié Scheldapen, die behoorden tot een van de prachtigste, uniekste verworvenheden van Antwerpen. Dàt was Antwerpen op zijn best, een publiek geheim, waar het betere Manchester, München of Madrid jaloers om was.

Vandaag zijn de Schelda'pen daar weer verjaagd. Om allerlei drogredenen. En hun nieuwe plek is nu op de Ankerrui, nummer 5, in een groots, betonnen gebouw genaamd "Het Bos". Er grijpen aldoor ultra-creatieve expo's en optredens plaats - maar er zitten voorlopig érg weinig vensters in dat gebouw, en de geur van aarde, van bloesems en van Schelde-water zijn er verworden tot een onhoudbare herinnering.

Geen opmerkingen: