te zullen eindigen in een bejaardentehuis - het schrikt my niet af, zelfs lykt het my bepaald een groot voorrecht. al wil ik er niet overmorgen reeds naartoe! een kleine kamer mag volstaan... en oordopjes, om de buren niet te moeten horen (àls ik rond die tyd niet potdoof zal wezen...) te weinig plaats zal er zyn voor al myn boeken; maar: waar ik my heden nog vermei in het aanleggen van deze verzameling, zie ik dit hier graag tegemoet: die bibliotheek weêr te doen inkrimpen; om naar dat voorgeborchte, uit deze 5000 boeken, slechts 80 boeken meê te zullen nemen - welke boeken zullen dat zyn? dit kan ik nu nog niet weten, daarom juist dat ik oud genoeg moet zien te worden...
de actualiteit... alleen maar omdat ik deze notities binnen een jaar of tien nog eens allemaal zoek na te lezen, moet ik de aandacht hierop vergen: dat het vandaag de bloedrode dinsdag was, inderdaad. maar voorts smaken alle commentaren als afschuwelyke paas-vygen. het ene kamp is steeds aan het bestuderen wat er gebeurd is - het andere kamp heeft steeds bestudeerd wat er weêr gebeuren gààt. het kan niet anders dan dat we ons, ooit op een dag, maar liefst zo rap mogelyk, een volstrekt stoïcisme toemeten - géén berichtgevingen hierover; ja, misschien eventjes aanduiden; om daarna meteen over te gaan naar onze orde van de dag, onze agenda. verdomd, dàt zou ons sterk maken.
behalve myn grootmoeder, ben ik vanmiddag, in dat ene bejaardentehuis in beerse, ook myn noodlottige Nonkel Jos gaan opzoeken. er zat iemand by hem aan tafel, met name één van diens jeugdvrienden, een pastoor maar dan een pastoor zonder kerk; nonkel jos was in zyn prille jaren een foorkramer, en deze pastoor hier diende zuiver in dié sector, overal binnen vlaanderen; een officieel "foor-pastoor".
dat zou drastisch en acuut moeten worden ingevoerd als een oorlogsmaatregel, duidelyk verkondigd door onze koning, rechtstreeks aan zyn bevolking: de komende vyf jaar extreem beperkend verbod op terreurverslaggeving.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten