TANKSTATION
Wettelijk gezien, mag een Nachtburgemeester geen enkele partijpolitieke overtuiging hebben, en da's wat mijzelf betreft ook niet zo moeilijk; in de grond heb ik met alle politici evenveel medelijden, eender van welke kleur of vergeefs hunkerende strekking ze zijn. Alleen heb ik persoonlijk, moet gezegd, toch eventjes gesteigerd toen het huidige stadsbestuur, nu weer een jaar of drie geleden, onze talrijke nachtwinkels onder vuur nam, als zouden dat allemaal, zonder uitzondering, louche, imago-verlagende roversholen zijn geweest. Zelf ben ik uiteraard een groot liefhebber van nachtwinkels - normale winkels gaan weer dicht tegen de tijd dat ik een beetje wakker word.
Je beseft pas terdege hoe graag je iemand ziet, van zodra die mens er opeens niet meer is - maar dat geldt dus voor alles, ook voor winkels, fietspaden, verkeersborden en randgebouwen. Daarstraks gebeurde het tot mijn consternatie dat ik moest inzien, hoe zomaar opeens en onaangekondigd, die ene nachtwinkel in het midden van de Schijnpoortweg blijkt te zijn opgedoekt. Hij maakte deel uit van een tankstation, aan je rechterkant als je de stad inrijdt. Er lagen daar drié tankstations, maar deze had de winkel met het grootste aanbod. 's Zondags ging ik er mijn kranten halen - omdat jammer genoeg ook vrijwel alle krantenwinkels uit de Seefhoek zijn opgedoekt. Juist zoals er hier, behalve in het Stuyvenberg ziekenhuis, ook nergens nog een bancontact voorhanden is.
Het stemde mij om een moeilijk uit te leggen reden waarachtig droef om te moeten inzien hoe snel en hoe drastisch dit tankstation met de grond gelijk is gemaakt. Waar daags tevoren nog de nette, goed verzorgde oprit lag, gaapte nu een grote, omrasterde zandput, compleet met bulldozer middenin. En het hoort niet om over zoiets sentimenteel te worden - buurtbewoners zullen er misschien nog een paar keer aan terugdenken, maar binnen twee jaar herinnert niémand zich die winkel nog. De Hippodroom of het Zeemanshuis of de gewezen Napoleontische waterpoorten van 't stad, zullen bij tijd en wijle nog worden opgerakeld door een toeristengids, met postkaart erbij. Maar wie maalt er om de vergane glorie van dingen zoals ook, bijvoorbeeld, wijlen de Ijzeren Brug aan de Roosevelt? Of zelfs de brug van de Ijzerlaan? Het krakerspand van de Scheldapen op het Zuid? De Silo's aan het Noordkasteel? Op den duur ben jijzelf allerenige die er nog weet van heeft - daarom juist stemt het zo eenzaam...
Geen opmerkingen:
Een reactie posten