zaterdag 13 januari 2018

column streekkrant editie kempen

ZWERFVUIL 

Ik herinner mij hoe ik ooit, lang geleden, op de Gentse Feesten, de heer Eric Smout wel eens mocht tegenkomen in een frituur op de Bijloke. De man was toen de C.E.O. van een uiterst succesvolle evenementenfirma, “5voor12”, dat alleen al voor een feest als “Ten Days Of”, tot vijftig personeelsleden telde. Toch was deze directeur er eigenhandig mee bezig, reclame-foldertjes voor zijn festivals te staan uitdelen. Dààraan herken je de ware leider: hij voelt zich nergens te goed voor, hij zit niet als een onbewogen pasha vanop een troon zijn instructies te debiteren, maar trekt zélf door weer en wind voor het echte grondwerk. 

Hetzelfde zag ik pas nog gebeuren in Turnhout, aan het onvolprezen stadstheater geheten “Elckerlijc”, waar de directeur van dit gezelschap, de charismatische Luc Huyghens, ’s avonds laat, eigenhandig, de bierblikjes en plastic flesjes aan het opruimen was, die de rondhangjongeren daar zoals steeds weer hadden laten slingeren, in het prachtige parkje van de Hofpoort. Dit zwerfvuil werd daar volstrekt niet door zijn acteurs, en ook niet door zijn publiek gedropt;“maar,” zo sprak stoïcijns, "Als ik dit niet zelf opruim, doet niemand het.” Wel vreemd dat die jongeren die daar dagelijks afspreken, en die daar breakdancen en/of komen oefenen jongleren, die mooie plek zo verwaarlozen; ze eindigen zo toch in hun eigen vuil, zou je denken? 

Ook Ben Van Looveren, de Schepen Van landbouw uit Geel, is zopas met veel daadkracht in actie geschoten;“Geen vuil in mijn muil!” luidt de slogan waarmee hij op de barricaden is gaan staan. Veel fietsers, wandelaars en chauffeurs droppen hun zwerfvuil aan de rand van de vele weilanden van Geel. Deze bekertjes, plastic zakken en zelfs stukken autoband, die het zijn, belanden bij de oogst in de hooibalen van de boeren, en zo krijgen onze koeien die rotzooi in hun eten. Met soms de dood als gevolg. Nog ander Kempisch schoon dat met hoge regelmaat wordt geterroriseerd door zwerfvuil, zijn de beken en jachtterreinen van Kasterlee, de Voorheide van Arendonk, de Konijnenberg van Vosselaar, en de oneindige, van zichzelf zo mooie jachtpaden bezijden het Kempisch Kanaal. En dit, terwijl er voor al die gebieden telkens zo vlakbij, zo’n geschikte containerparken bestaan; in Kasterlee in de Hoge Rielen, in Geel op “Den Drijhoek”, in Vosselaar op de Cingel. De vuiliken zouden een veel hardere trap onder hun kont moeten krijgen!!

Geen opmerkingen: