zaterdag 31 augustus 2024
gast-auteur
45.
EDUARD JUNGHEINRICH
Eduard had nog wat anders aan zijn hoofd dan een werkloze aan een baantje helpen. Toen hij zijn vrouw liet weten dat hij twee vriendinnen op een barbecue had uitgenodigd, kreeg hij af te rekenen met haar zwijgende afkeuring, - iets dat zwaarder op hem drukte dan hij wilde toegeven. In de keuken vroeg hij de blikopener. Daar Irma weigerde te antwoorden, ging hij zelf op zoek. Maar toen het ding onvindbaar bleek, lukte het hem niet langer zijn kalmte te bewaren. De meisjes konden elk ogenblik aankomen. Ten einde raad stak hij het hoofd achter de deur en herhaalde zijn vraag met een boze schreeuw.
Irma uitte een onverstaanbare kreet en stoof de kamer uit. Eduard liet haar lopen. Haar afwezigheid maakte het enkel makkelijker de meisjes te ontvangen.
Eerst kwam Vanessa. Zij droeg een rode zonnejurk met bladvormige motieven. Haar figuur was om van te smullen. Hij liet haar alvast de tuin en het zwembad zien. Later, toen ze in de tuinstoel lag en hij haar van zijn beste champagne liet proeven, werd het duidelijk dat Lotte niet zou opdagen. Dit had het voordeel dat hij zijn gesprekken met Vanessa in een meer vertrouwelijke richting kon sturen. Een nadeel was dat zijn echtgenote en zoon, als die op bezoek kwam, haar ten onrechte zouden identificeren als zijn maîtresse. Irma lag al de hele middag achter de gordijntjes van haar slaapkamer op de loer. Later voegde zijn zoon zich bij haar. Alleen gebruikte deze nog grovere middelen. Tot die ontdekking kwam hij aan de rand van het zwembad, vanwaar hij zijn kleinkinderen in veiligheid bracht. In zijn ogen flitste de verblindende weerschijn van een verrekijker. Vanaf nu zou alles wat hij en Vanessa deden, minutieus worden gevolgd en uitvoerig becommentarieerd.
Dat hij zich uit angst voor hun reactie genoodzaakt zag om braafjes tegenover zijn vriendin te gaan zitten, zette zijn behoefte om tegen elke dwang in te gaan, meer dan ooit op scherp. In plaats van Vanessa te vragen haar bikini weer aan te trekken, gaf hij haar te verstaan het zeer op prijs te stellen indien zij de handdoek om haar lenden op de grond liet vallen om naakt een van de baguettes te halen.
Zij keek naar de rieten mand. ‘Wij hadden het over Paul.’
‘En ik heb het over jou!’
Aan haar glimlach zag hij dat ze zijn verzoek, in haar ogen bedoeld als een wederdienst voor komende gunsten, opvatte als een spelletje. ‘Steek jij eerst mijn muiltjes aan!’
(wordt vervolgd...)
today, my blog is a VLOG
in het begin en op het einde is het geluid heel slecht (hand voor de micro, prongluk), maar middenin is het geluid goed, en duikt jp v bendegem ook op...
donderdag 29 augustus 2024
photo's van de voorbye dinsdag
myn pa heeft gelyk; de kwaliteiten van greg als zanger zyn abnormaal
dit was een totale trance
"wild is the wind"
jan wagemans aan de piano
state of being, 30 aûgustus 2024
alleen in huis, zo tref ik myzelf vaak aan, met het gezin uithuizig, door hun talloze projecten; en dat bevalt my prima.
chocomelk is beter dan koffi, en staat nu dagelyks op myn programma, echt.
droevig café. het toneelstuk "pech en geluk" gaat over de tweestryd tussen een vrolyk café en een droevig café. aangezien er straks twee acteurs forfait moeten geven, die beiden in het vrolyke café hoogty vieren, ligt dit ons in het verschieten: trainen en drillen op exclusief de scènes van het droeve café. achtergrondmuziek: "i remember nothing" van joy division. inzet: tot bloedens toe ruzie maken over een simpel kaartspelletje. ikzelf als regisseur lachen met hoe onnozel de acteurs weêr eens uit de hoek komen. hoofdmotto qua regie: overdryven. àlles moet in dit stuk overdréven zyn.
elektrische fiets. een nieuw model. deze huurkoop in plaats van huur. is meer zinvol. maar ik ben een conservatief. ik moet wénnen aan het nieuwe model, en stoppen met terugverlangen naar het aloude model.
fietsslot. binnen een halfuur vertrek ik naar het seeftheater. ik moet eraan denken, myn fietsslot dan niet te vergeten. die twee fietsen hebben tezamen maar één slot en ik pak àltyd nét dié fiets die het slot niét heeft aanhangen.
geel kôstuum. ligt hier klaar, pas binnengekomen. was bedoeld voor de dinsdagen maar gaat misschien ook meê naar de zondagen...
marianne faithfull; toch wél ben ik, tegen myn eigen verwachtingen in, haar kolossaal vermakelyke biographie aan het lezen. niét ga ik haar platen nu opleggen, daar word ik depressief van; wél is dat proza van haar echt ongelooflyk grappig en schrander - en verdomd extreem ook.
nele bauwens, vandaag op bezoek, liet weten dat we met ons project inderdaad onderhand rond zyn, zoals ook gepland was eind juni; netjes haar papieren afgeleverd, zo berekenbaar en betrouwbaar ben ik, als je iets afspreekt met my.
putin blyft op zyn dak krygen. hy blyft wel tegelyk ook wel moorden en moorden en moorden, maar toch is het de mondiaal verspreide pornographie van de aftakeling van één individu. (zy het één individu - met erg veel dubbelgangers.)
sicilië, daar ben ik wanneer ik alleen thuis ben en de zon schynt goed door.
vriendschap is dus wat je hebt aan een boek dat je heel graâg leest. op het einde van de dag, na àlles, éigenlyk te moê om nog te lezen - en dan één halfuur nog met die stem, die je dus nog eens opzoekt, en die je graâg bezig hoort.
woordbreuk. je zegt: de helft van het alphabet. dat willen zeggen: 13 letters. alsnog stoppen by 11 of 12, zou ondraaglyk zyn. ik hààt sonnetten van, experimenteel anarchistisch, meer of minder van 14 lynen. ik haat ook boeken met kaften in de vorm van een zwemband, of in een uitzonderlyk formaat. ongewoon doen, is een zwaktebod.
zondag dus het eerste "salon op zondag"; hoofd-credo: niét erom stressen, niét iets doen met tegenzin; hierzo ben ik er eens niét om te dienen, maar om te chillen. de dinsdagclub is "opwinding", het salon op zondag is "afterchill".
gast-auteur
44.
‘Wat is er? Krijgen we bezoek?’
‘Mijn zoon met zijn gezin...’ Jungheinrich zuchtte.
‘Zal ik mijn bikini weer aantrekken?’
‘Alsjeblief, blijf zitten!’ Hij legde zijn hand op de hare. ‘We laten door hem ons etentje niet verpesten!’ Vanessa had al vaker over het conflict met zijn zoon gehoord. De patroon was oud genoeg om zijn eigen leven te leiden.
Het gezinnetje stapte uit. Haar blik ontmoette een rijzige, elegant geklede veertiger met zwart haar en zonnebril. In de weifelende seconden dat hij vanaf het geopende portier zag wat er gaande was, deed hij een eerste indruk op van de belangrijkste oorzaak van de onhandelbaarheid van zijn vader. Graag had Vanessa met de zoon kennisgemaakt. En misschien had deze zich wel even bij hen gevoegd, maar vermoedelijk omdat zijn vrouw wilde voorkomen dat haar echtgenoot in dezelfde val zou trappen als het oude baasje, riep zij hem tijdig binnen. De twee kinderen waren minder goed afgericht. Als jonge hondjes kwamen ze over het gazon gerend, recht naar hun tafeltje: tot ze bemerkten dat er een vreemde was. De oudste, een meisje van zes of zeven, bleef verlegen staan en het broertje dat haar op de hielen volgde, zette ook geen stap verder. Zich verschuilend achter de jurk van zijn zus, stuurde hij een guitige blik.
‘Marco, kom!’ Na het jongetje durfde ook het meisje naderen. Weldra zaten ze beiden op Opa’s schoot. Hij liet hen in de fruitschaal grabbelen. Het meisje nam een perzik, Marco een banaan. Een stap of twee verder stonden ze hun vrucht op te peuzelen, hun nieuwsgierige blik onafgebroken op de onbekende gericht.
Vanessa vond de hele situatie storend, temeer doordat de kinderen, aangemoedigd door hun Opa, als vliegen rond het tafeltje bleven cirkelen. Zij zocht een middel om zijn aandacht weer op haar te vestigen. ‘Weet je, goed dat Lotte niet is opgedaagd. Ik had je over iets willen spreken.’
Wonderlijk hoeveel macht zij over de oudeheer bezat. Opeens werd hij een en al oor. ‘Spreken?’ vroeg hij, met een lichte beving in zijn stem. Hij verschoof zijn stoel.
‘Mijn echtgenoot... Je weet dat hij werkloos is. Vroeger was hij conciërge op een school. Als mislukt intellectueel zat hij daar best op zijn plaats. Maar vandaag... Ik zie zijn toekomst somber in!’
Jungheinrich richtte zijn hand op. ‘Vooreerst: ik meende dat je zinnens was van hem te scheiden?’
’Dat is zo! Dit neemt niet weg dat ik me zorgen maak!’ Paul een loer te draaien; meer zat er niet achter.
‘Ik zou hem natuurlijk in dienst kunnen nemen...’
Vanessa had zijn aarzeling opgemerkt. ‘Maar dan kom je in aanvaring met je zoon?’
‘Mijn zoon? Ik ben hier nog steeds de baas!’ viel de oude driftig uit, alsof hij, met het nakende dispuut reeds voor ogen, zijn belangrijkste argument kracht wilde bijzetten. ‘Nee, de kwestie is: wat heeft Paul in zijn mars? Voor welke functie kan ik hem aanwerven? Een tweede loopjongen kan er nog bij; maar zou dat niet vernederend zijn?’
‘Denk je dat het voor mij niet vernederend is steeds op droog zaad te zitten? Wij hebben alleen maar schulden!’
Jungheinrich schrok. De twee kinderen stonden aan de boord van het zwembad en tuurden voorovergebogen in het water, alsof daarin iets dreef dat hun nieuwsgierigheid wekte. ‘Een ogenblik, we praten dadelijk verder.’
Vanessa zag hun Opa over het gras rennen, zijn nek naar voren gebogen, zoals bij een paard. Daaraan kon je merken dat hij oud werd. Zijn karkas was grijs, krom, versleten. Het troostte haar dat hij zijn jeugd niet kon kopen.
(WORDT VERVOLGD...)
onderschat / overschat
onderschat: akim willems.
overschat: terrrasjes doen.
naar waarde geschat: ventilatie in warme binnenskamersheden.
alternatieve feiten
1. stephen king werd wel eens aangereden door een auto. het eerste dat hy deed: die auto overkopen, en vervolgens dumpen.
2. in zuid-africa kan je auto's kopen met optie op vlammenwerpers; dit, door de vele gewelddadige rellen in de 1990s.
3. zuid-africa heeft de grootste meteorenkrater, twee biljoen jaar oud, tien kilometer breed, driehonderd kilometer lang, nu genaamd de "vredefort dome"...
4. stephen king speelt zelf meê in de kortfilm "weet", over een man die wordt aangetast door planten die afkomstig zyn van een ingeslagen meteoriet.
dit was: king - auto; auto - zuid-africa; zuid-africa - meteorietinslag; meteorietinslag - king.
evaluatie: 9 op 10.
state of being, 29 aûgustus 2024
in vyftien zinnen, zonder daarin naar achterpoortjes te zoeken.
1. ik heb weinig tyd omdat ik dringend nog flink wat werk moet verzetten voor die lezing over in alice in wonderland.
2. en terwyl ik dit noteer, is het toch maar weêr mooi reeds één uur snachts.
3. daarnet was er een repetitie in het seeftheater: voor de eerste keer had ik er zélf erg veel lol in om de acteurs en actrices bezig te zien.
4. natuurlyk: àlle repetities waren aangenaam; maar alleen nu pas, lezers, had ik plezier in het spel zelf, en niet in iets daarbuiten of iets daar omheen.
5. regie begint pas als alle acteurs al hun teksten niet enigszins maar werkelyk totààl onder de knie hebben; meestal is dat pas na 80 procent van de reeks byeenkomsten; wat, als je dààr pas zou BEGINNEN - dàt is wat ik wil.
6. dus ik bedoel niet dat ik per se pas later in het proces naar binnen wil stappen, hoewel ook dàt graâg; ik bedoel: als men denkt "het stuk is af, we kunnen het, we zyn klaar voor de première,"- dàn zou ik er nog vyftig extra repetities tegenaan willen gooien, zonder overdryven.
7. edith piaf zei eens, naar het schynt: "ik beschouw al myn optredens als repetities."
8. de "rehearsals" van prince zyn zo eigenaardig: omdat er feitelyk geen fouten in worden gemaakt; je hebt jams van uren en uren en uren en uren aan één door - maar het gebeurt niet dat daar iemand vals speelt of dat daar iemand zyn regels niet kent; heel raar.
9. de vorige zin is toch wél vals spelen, omdat dat toch echt wel meer dan één zin is.
10. verdomd, die mug hier aan myn oren aldoor!!...
afterLink.
aanstaande vrydag: premiere van lezing door kik, bendegem en braeckman: "alles over alice", in "de corridor", wetteren; evenwel: dit is uitverkocht, reeds. herkansing in het "salon op zondag", 13 october.
gast-auteur
43.
Aan deze woorden moest Vanessa voortdurend denken. Zij maakte zich geen illusies. Dat zij zich fysiek tot hem aangetrokken voelde, betekende helemaal niet dat ze verliefd was. Zij kon zich voorstellen dat Thys haar om dezelfde reden in zijn buurt wilde; gewoon om aan zijn trekken te komen. Nu ze had gezien van welke inkomsten hij leefde, had hij misschien zelfs commerciële bedoelingen met haar. Het denkbeeld dat zij de hoer zou uithangen, wond haar op. Voor het gezicht van Paul, dat ze zich voorstelde als een met gevouwen handen naar de hemel blikkende heilige, schoof een wolk van lichamen, onverbrekelijk verbonden met de vaagheid, waarbinnen haar ontuchtige handelingen zouden plaatsvinden. Alles wat zij deed, was uit verzet tegen Paul, tegen zijn liefde, zijn bezorgdheid, tegen alles wat zij aanvoelde als een last en beperking van haar vrijheden. En zoals gezegd: het wond haar op.
‘Kom je lieverd?’ Jungheinrich stond aan de rand van het zwembad. ‘Het vlees mag niet aanbranden, begrijp je!’
‘Kom je lieverd?’ Jungheinrich stond aan de rand van het zwembad. ‘Het vlees mag niet aanbranden, begrijp je!’
Zich uit het water hijsend, stapte zij recht in de met een stralende glimlach voor haar opengevouwen handdoek. Het tafeltje met de gerechten stond in de schaduw. Zo te zien had haar gastheer zich geen enkele moeite bespaard. Naast een grote diversiteit aan groenten, deed het gebraden vlees haar watertanden.
‘Zal ik eerst mijn bikini uittrekken?’ Vanessa had al van de wijn genipt en de stemming nodigde uit tot een spelletje.
‘Doe maar!' zei hij, op een toon alsof het niks uitmaakte.
Terwijl zij de twee minuscule deeltjes op het gras te drogen legde, lette zij erop dat de handdoek behoorlijk op zijn plaats bleef. Zo moest hij geloven dat de handdoek tijdens het eten per ongeluk van haar schouders gleed. Hij stuurde een schichtige blik naar de villa.
‘Heerlijke wijn!’ Zij hief haar glas.
Daarmee was het ogenblik dat hij haar over haar ontblote tepel opmerkzaam zou moeten maken, voorbij. Of hij wilde graag ruimdenkend voorkomen, of hij vond haar naaktheid lekker spannend. Vanessa geloofde in het eerste. Terwijl ze verder aten, merkte ze dat zijn gezicht van rood naar purper aanliep. Ten slotte liet zij de handdoek helemaal af haar schouders glijden. Jungheinrich keek op. Zij beantwoordde zijn vragende blik met uitdagende spot.
‘Je bent geweldig, heus waar!’ Daar zijn stem verraadde hoe weinig hij op zijn gemak was, klonk zijn bewondering eerder geveinsd dan als een sublimatie van zijn seksuele opwinding, zoals hij zijn compliment zeker wou doen voorkomen. Weer keek hij in de richting van de villa. Hetzelfde moment kwam er een auto de laan oprijden.
(WORDT VERVOLGD...)
woensdag 28 augustus 2024
linkie
de uitleg achter het citaat van wellington, "publish and be damned";
https://en.wikiquote.org/wiki/Arthur_Wellesley,_1st_Duke_of_Wellington
https://en.wikiquote.org/wiki/Arthur_Wellesley,_1st_Duke_of_Wellington
maandag 26 augustus 2024
ad nêstor, schietgebed
laat dit pad gewoon rechtdoor gaan
en bergop.
niet te veel omwegen, niet te veel bullshit.
- een zékere dosis bullshit
moet wel kunnen, natuurlyk.
verzacht de pyn van iedereen
voor wie er straks
voor wie er straks
een vacantie eindigt -
verlos onze kinderen
van de ondemocratische foltering,
van de ondemocratische foltering,
maak vooral
dat het concept "huiswerk"
totaal wordt afgeschaft.
dat het concept "huiswerk"
totaal wordt afgeschaft.
geef my enorm veel geld.
behalve myzelf
zal ik er ook ànderen meê dienen.
zal ik er ook ànderen meê dienen.
kortwiek de klauwen van het kremlin.
bescherm alle vrouwen tegen de taliban.
bescherm alle vrouwen tegen de taliban.
bedankt voor myn uitstekend goede gezondheid.
state of being, 27 aûgustus 2024
toch maar weêr mooi, een namiddag lang zelfs, kunnen doorbrengen: liggende op myn zachtgevooisde ligmatras op het buitenterras, dat er best nog zomers aan toe was. de gehele buurt best rustig. de kinderen het huis uit, voor hun musical-ondernemingen...
wél, van één uur tot drie uur in de namiddag, nele bauwens op bezoek gehad, in de werkkamer, dat ook - maar: ook dié afdeling is wel in orde, de zwaarste stryd gestreden zynde, een paar hoofdstukjes tekst zyn nu werkelyk beginnen te glimmen, het een plezier zynde dit nu te mogen merken...
als ik voor myzelf schryf, lykt dat een byna onmogelyke opgave, structuurloos, bovennatuurlyk, onafdwingbaar; als ik voor een ànder schryf, is het zo technisch doorzichtig en voorspelbaar, byna wiskunde, gewoon rustig de dingen allemaal, optellen...
als ik voor myzelf schryf, lykt dat een byna onmogelyke opgave, structuurloos, bovennatuurlyk, onafdwingbaar; als ik voor een ànder schryf, is het zo technisch doorzichtig en voorspelbaar, byna wiskunde, gewoon rustig de dingen allemaal, optellen...
maar zo zwem ik straks dus weêr, zoals jullie begrypen, in een integraal àndere levenssaus naar binnen; myn tweemaal-wekelykse werk voor het seeftheater, voor het holmes-boek en voor nele: die dingen waren, logisch toch, kenmérkend voor juli en aûgustus; alledrie die dingen gaan nu dus wegvallen, wegens voltooid, godlof; in plaats daarvan komt, naadloos daarop volgend, het wekelykse "salon op zondag", de middelbare school voor ook rocco - en, niet te vergeten, myn hernieuwde vrywilligerswerk voor de dovo.
myn handen bibberen eigenlyk té erg om bommen te ontmynen; maar er is daar ook ànder werk, waarvoor bibberende handen juist goéd zyn.
myn handen bibberen eigenlyk té erg om bommen te ontmynen; maar er is daar ook ànder werk, waarvoor bibberende handen juist goéd zyn.
we zyn die periode, kortom, mooi doorgeknokt. er stond flink wat op het spel. ik had éigenlyk geen werk, dus ik moést wel iéts verzinnen. maar die excursies, die het waren,- naar sint-niklaas, gent, oostende, het verre menen - die hadden alle, één na één, kunnen mislukken, drastisch. nu achteraf gezien: ik heb er niet veel aan verdiénd, dat klopt ook; doch alleszins heb ik er ook niks aan verloren - oef... da's al ferm...
ik ben een zeehond; graâg onder water, maar altyd net op tyd weder naar boven duikend voor frisse lucht...
u toch ook?
beste lezers, het is érg belangryk, niet alleen voor my en voor u, maar voor geheel onze maatschappy, dat u straks, dezen avond, naar het clubhuis komt; de laatste zomer-editie van de flabbergastende dinsdagclub!! én dat u bovendien, of u dit nu begeert te doen of niet, de aanstaande zondagnamiddag naar de wolstraat 7 komt, voor het "salon op zondag".
dienstmededeling: zondag 15 september komt dirk draulans naar het "salon op zondag".
dreamer
niet in myn droom maar in het echt was ik om negen uur smorgens wakker geworden, maar moést ik dus nog opnieuw in slaap zien te vallen (omdat ik rond één uur smiddags moest maken, zéér goed uitgeslapen te zyn). zeer moeizaam lukte het effectief om in slaap te vallen; ik droomde dat er een nieuwe editie was begonnen van de dinsdagclub. daniel de leeuw wist me echter te melden dat er, "op die vorige locatie", vandaag evenééns een dinsdagclub-editie plaatsgreep. dus: dan moest ik vanavond aldoor weg en weêr ryden, om op de béide plaatsen te presenteren. - ik reed naar ginder; dit was enigszins in de bossen, openlucht, kampvuren, dennenhouten podia en tenten. wel veel volk, maar chaotisch, en ik kende hier weinigen. wie deed hier de jeton-verkoop? zeg, hoe zit dat allemaal, dit alles loopt zo toch in het honderd? de mensen oogden allen zonder uitzondering volstrekt marginaal, vuil, armoedig en dief-achtig, alsmaar erger. ja, begreep ik, ze hebben hier wel een event - maar: éigenlyk is dit geen dinsdagclub. wat zit ik hier te doen. hier hangt zelfs geen logo. al myn vrienden zitten in de échte club, ik moet snél terug naar ginder, de avond is vast al over de helft. zeer typisch, echter: ik kon myn auto àlsmaar nergens terugvinden! plus: van de meeste auto's hier in de nacht, waren, door dieven, de autobanden losgeschroefd en weggestolen. zou ook myn auto zelfs helemaal gedemonteerd zyn? het leek hier wel oorlog. het zoeken naar myn auto blééf maar duren, altyd maar over dit drukke, modderige terrein; inmiddels was die échte club-sessie, met myn vrienden, zeker alweêr helemaal voorby - hoe erg! op den duur begon ik luid brullend te wenen van zuivere ellende; toen werd ik wakker - oef!! oef!! het was maar een droom! ik had het kunnen weten - het was maar een droom!
(de theorie zegt dat we stress-dromen hebben over aanstaande events, zodat daarna de stress in de échte realiteit meteen een pak minder wordt; vanuit de optiek: zo erg als het in myn droom was, zo erg kan het Nooit worden! - en daar geloof ik wel in. dat werd ik meteen gewaar: het is nog maar maandag, ik heb nog zeeën van tyd en alles gaat natuurlyk supergemakkelyk voor mekaâr komen...)
gast-auteur
VERZUCHTINGEN
door Robert Baeken
42.
Op de terugweg van Breda had ze zijn pogingen tot seksuele toenadering wel afgeweerd, doch hem halvelings ook te verstaan gegeven dat hij haar vroeg of laat, - feitelijk bedoelde ze beetje bij beetje, - zou krijgen. Er was immers geen alternatief mogelijk. Die kwajongen moest zich eindeloos met haar bezighouden. De toegang tot haar lichaam moest hem voor het raadsel stellen van haar zogenaamde geest.
Vanessa stond op, bleef aan de rand van het zwembad staan en dook het water in.
Nog sneller dan het ogenblik waarbij ze over de waterspiegel zweefde, verhief zich het beeld van Thys, zoals hij haar over de dansvloer had gesleept. De schokkende oprechtheid van zijn woede, stemde haar welwillend. Opstotend uit een kluwen van rollende snaren, dreef de donkere zang van een saxofoon: een bezwerende roes waarin de dwaze hoop ontwaakte iemand te hebben gevonden om haar leven een richting te geven. Weer keek zij over Thys' schouder naar het hoekje waar haar gezelschap de biezen pakte. Niets stond haar nog in de weg voor de vervloekte kus waarop Thys met een pijnlijke greep had aangedrongen.
Vanaf hier geschiedde alles volgens onontkoombare natuurwetten: twee zwetende lijven, als gekken copulerend op de hoogste kamer, gevolgd door een korte verdoving. Pas toen ze hieruit ontwaakte, realiseerde Vanessa zich waaraan ze had toegegeven. Roerloos in zijn gespierde armen had zij niets te zeggen, voelde zij niets dat op liefde of vriendschap leek. Zij stond op en trok stilletjes haar kleren aan. De drang om weg te lopen, was even onverklaarbaar als deze waarmee zij zich in zijn armen had gegooid. Of anders had ze te veel wijn op. Door een spleet tussen de gordijnen, zag ze haar gezellen beneden in de Mercedes op haar wachten. Op weg naar de deur, hield zijn klemmende hand haar staande. ‘Dus ben jij die ouwe zak zijn bijzit? Betaalt hij goed? Wat is je prijs?’
Zijn agressie was haar bekend. Maar nu ze op het punt stond zelf ook een opdonder te krijgen, begon ze te huilen. ‘Hij is mijn schoonvader!’
‘Schoonvader! Hier! Ik kan je evengoed betalen!’ Grabbelend in een commode spuwde hij al zijn minachting uit. Tussen zijn vingers stak een prop verkreukte bankbiljetten.
Vanessa besefte wat het geld in haar hand betekende. Alsof er de pest aan kleefde, gooide zij de bankjes voor zijn voeten.
‘Aanpakken!’ schreeuwde Thys. Hij grabbelde de biljetten bij elkaar, trok haar handtas open en propte het hele boeltje erin. ‘Blijf hier! Laat ze gewoon verrekken!’
Dit gebaar liet Vanessa niet onverschillig. Zij sloeg haar armen om zijn nek. ‘Ik zou best willen. Maar het is onmogelijk. Onmogelijk!’
Een rake stomp maakte dat zij gillend omverviel, met de kin tegen de commode. Andere mensen zouden zich om haar bekommeren. Thys niet. Toen ze overeind kroop, lag hij roerloos op het bed naar het plafond te staren. ‘Wanneer kom je terug?’ Het sein dat hij haar liet gaan.
‘Volgende week.’ Het leek of haar antwoord hem onverschillig liet. Zij wist niet wat haar bewoog. Opeens zei ze: ‘En reken maar, als ik terugkom, dan voor altijd!’
(WORDT VERVOLGD...)
Abonneren op:
Posts (Atom)