normaal staat hier zelfs op donderdag altyd wel nog iéts; evenwel: vanavond, of beter geformuleerd vannacht, heb ik er te lang meê gewacht. wat kryg ik er nog uitgewrongen? opdracht aan myzelf dan maar: vier van mekaâr losstaande zinnen. that will do.
voor corona was het niet anders, maar alleszins is het er inmiddels ook niet minder om geworden: ik passeer een affiche van comedian thomas smith, ik surf voorby een tv-optreden van henk ryckaert, et cetera - en ik zie in: ik ben daar totààl van losgezongen, nog nooit in myn leven heb ik zo hard echt nérgens by gehoord als vandaag.
dat we, door toedoen van hier of daar een vals mirakel, wel zullen moéten geloven in god - daar kan ik my op zich wel by neêrleggen. we geloven in zovéél onzin, daar kan het geloof in een god ook wel nog by. maar dat die god zelfs nà dit leven nog over ons voort-regeert, dat die ons zelfs àchter onze dood nog komt opjagen, dat ons zélfs geen eenzame volledige dood wordt gegund - dat vind ik wraakroepend.
tot luv, vanmorgen: "daarjuist nog, lag ik kinderlyk letterlyk te dromen dat ik, echt waar, met onze mooie vriendin F aan een zwembad zat, en dat die my helemaal suf knuffelde; ik dacht nog; hey wauw;- en hier nu, juist één kwartier later, sta ik in deze koude keuken een boterham te smeren en terwyl te luisteren naar jy, die my komt te vertellen dat ik nooit alleen mag gaan winkelen: omdat ik geen smaak heb, en dan allemaal verkeerde dingen koop."
hoe diép was volgens de oude grieken romeinen de hel? dat wil zeggen: niet de onderwereld (de hades), maar de strafkolonie dààr nog onder (de tartarus)? die diepte werd geniaal mooi beschreven door hesiodus, 6e eeuw voor christus: "de tartarus ligt zo diep als een aambeeld dat negen etmalen aan één stuk door naar beneden valt."
Geen opmerkingen:
Een reactie posten