Marie-Claire maakte zich uit de omhelzing los. 'Wacht eventjes, ik ben zo terug!'
Door haar loszittende kleren bewoog zij zich moeilijk door het vertrek naar een deur aan de zijkant. Daarachter hoorde ik spoedig een straaltje water lopen.
Nu vond ik de gelijkenis tussen mijn slippertje en dat van Karl zowaar compleet. Ten slotte begon ik me zelfs serieus af te vragen of er nog wel iets was waardoor ik me van mijn maat onderscheidde. Karls behoeften waren, behalve louter dierlijk, ook platvloers. Maar schuilde er in wat ik deed iets van hogere orde? Had ik in mijn leven al een onsje meer gepresteerd dan wat iedere gewone man doet: zorgen dat men op alle gebied aan zijn trekken komt, zoals hier? Het is waar, ik droomde van een éénwording, die de liefde van de gemiddelde burger ver te boven ging. Maar nu rees de vraag hoeveel ik daarvoor overhad, wat ik er al voor had gedaan, - of beter: wat ik me al had ontzegd om zulks te verdienen.
Toen ik daar zo het water hoorde lopen, wist ik zeker dat ik toch wel iets anders zocht dan dit gedoe. Even dacht ik nog aan Marie-Claires verrassing. Zij zou me de liefde op z'n Egyptisch kunnen aanleren. Maar het kon evengoed dat zij het belangrijkste zou verzwijgen, namelijk het feit dat zij en haar verlamde echtgenoot zo hevig naar een nakomeling verlangden dat ik voor één avond zijn plaats zou innemen. Na die scène van verliefdheid in de concertzaal was die mogelijkheid niet meer uit mijn hoofd gegaan.
Ik herinner me dat ik opstond uit de canapé en een innerlijke strijd uitvocht. In gedachten zocht ik naar het raadsel van een verzameling damesschoenen, naar het mysterie van een in kettingen gewikkeld boegbeeld.
Ik gaf het op. En voor ik het wist, had ik mijn overjas weer aan. Heel stilletjes sloot ik achter mij de deur naar de overloop en donderde toen als de bliksem de trap af. 'Lafbek!' fluisterde ik mezelf in, bang omkijkend, alsof Vogel me met een zwaaiende ketting gevaarlijk op de hielen zat.
(WORDT VERVOLGD)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten