zondag 25 september 2022

GAST-AUTEUR

robertus baeken, die de vader is van don vitalski, schreef het boek "leonard en ik", over zyn nonkel leonard, de fameuze beeldhouwer. over 82 afleveringen verspreid, worden die mémoires hier integraal gepubliceerd.


photo: fragment arduinen beeld, levensgroot




LEONARD EN IK

door Robertus Baeken 


21.
Aan dit werk is een uiterst pijnlijke afloop verbonden. Juist om die reden zal ik de vingerdruk op de toets van mijn Rollei, waarmee ik een plaatje van dit wonderlijke aangezicht schoot, voor eeuwig dankbaar zijn.
   Want zie, op een avond in 1968 - Leonard woonde toen in de Wezenstraat - is het beeld door schurken van zijn sokkel geduwd. Het beeld stond samen met nog andere werken in zijn achtertuin, die slechts door een uitgedunde ligusterheg was afgesloten en dus makkelijk langs de straat bereikbaar. De krant noemde het een vandalenstreek, hoewel het niet uitgesloten is dat men het beeld heeft willen stelen. In dat geval waren de dieven zeker niet voorbereid op een gewicht van 350 tot 400 kg, zodat de gladde vorm uit hun handen moet geglipt zijn. Het beeld brak in vier stukken. Een jammerlijk feit, temeer daar het hemelse aangezicht op het plaveisel terechtkwam, zodat het neusje werd verbrijzeld. Een verlies voor de ganse mensheid!
   Mij lijkt het onmogelijk de vlijmscherpe pijn van de kunstenaar te verwoorden: de lanssteek die Leonards hart zeker heeft doorboord op het moment dat hij vaststelde welk een onherroepelijke schade er was aangericht. Daarnaast vormden de 900 werkuren die hij aan het beeld had besteed en het feit dat hij de verkoop ervan nu wel kon vergeten, zelfs een peulschil. Nochtans heb ik van hem nooit één klacht gehoord. Hij was zo’n zeldzaam iemand die alle tegenslagen persoonlijk verwerkte.
   Terug naar mijn eerste bezoek aan zijn atelier. Zoals ik al zei, was ik overrompeld. Ineens betrad ik de hemel van een kunstenaar! Daar was natuurlijk Leonard in het middelpunt. Hij was bijna klaar met het uithouwen van de marmeren buste van mevrouw Van Deun, - een opdracht van haar echtgenoot, een industrieel. Toen ik binnenkwam, gleed over zijn gezicht, - nog vol van de geconcentreerde aandacht op zijn werk, - een uitdrukking van blijde verrassing.
   ‘Kom binnen, Robert! Ga zitten!’ Nadat hij hamer en beitel terzijde had gelegd, maakte zijn hand een stoel vrij van wit steengruis. Ik beschrijf deze kleine handeling omdat deze zich gedurende de eenendertig jaar dat ik wekelijks bij hem op bezoek kwam, telkens op zowat dezelfde wijze heeft herhaald. 
   Want dit werd het begin van een levenslange vriendschap. Feitelijk was elk bezoek de voortzetting van een vorig, en daardoor komen al die bezoeken samen me nu wat voor als een eindeloos lange ketting van aan elkaar geregen schakels. Maar deze indruk is pas jaren later ontstaan. In den beginne was alles nieuw. Ook voor Leonard, die na al de voorbije jaren van liefdevolle bewondering voor zijn afgestorven oudste broer, ineens de kans zag om over de unieke persoonlijkheid van mijn vader uit te weiden, waarbij hij het vooral over diens buitengewone humor had. Ook herinner ik me hoe hij nagels met koppen sloeg in sterke verhalen uit het verleden waarvan ik door vaders afwezigheid tijdens mijn jeugd altijd in het ongewisse was gebleven.


(WORDT VERVOLGD...)

Geen opmerkingen: