donderdag 1 augustus 2024

gast-auteur

VERZUCHTINGEN
door Robert Baeken


25.
‘Jazeker. Maar je bent toch niet vergeten dat je bij me nog in ‘t krijt staat? Van dat nieuwe tv-toestel is amper de helft terugbetaald. En jullie kijken al een jaar!’
   ‘Negen maanden! Ik zal Vanessa aanporren. Waarschijnlijk vind ik binnenkort een geschikte baan. Dan zijn onze problemen in een vingerknip opgelost.’
   Dodelijk benieuwd naar de reden van zijn bezoek, kwam Mathilde aanzetten. Zijn laatste woorden namen haar zo in beslag dat ze zelfs vergat te groeten.
   Opa hees zich uit zijn fauteuil. ‘Hoeveel zei je?’
   ‘Duizend euro, graag. Dag Mathilde! We gaan de bloemetjes buitenzetten!’ Vriendelijke attenties zouden haar niet om de tuin leiden. Vandaar dit flauw grapje.
   ‘Wat hoorde ik? Heb je een baan?’
   Terwijl haar vader zich verwijderde, verzon Paul een uitleg. ‘Zover is ‘t nog niet. Wel heb ik een oproep van een commissie voor de aanstelling van inspecteur.’
   ‘Inspecteur? Hoezo?’ Nu was het Mathildes ongeloof tegen zijn leugens.
   ‘Vorige maand heb ik samen met honderd andere kandidaten een schriftelijke proef afgelegd. Het gaat om een betrekking in de sector Volksgezondheid. Dat ik nu een tweede keer opgeroepen word, maakt de kans om benoemd te worden vanzelfsprekend groter.’ Volgens de uitdrukking op haar gezicht was Mathilde voldoende overtuigd. Stom dat hij nog een stapje verderging. ‘Ik hoop eindelijk weer aan de slag te kunnen. Je kan je niet voorstellen hoe vernederend het is financieel afhankelijk te zijn. Het vreet aan je zelfrespect!’ Het cliché was zo ongeloofwaardig dat hij haar ervan verdacht het spelletje mee te spelen.
   Mathilde was van het ongeval op de hoogte. Waar voor hem het schoentje wrong, was zijn vraag naar zweet stinkend geld, beetje bij beetje door een spaarzame gepensioneerde en zijn hardwerkende dochter bijeengegaard. Onder hun blikken voelde hij zich als een schurftige hond. Dat, zoals in zijn geval, armoede en ledigheid manifestaties zouden zijn van een waakzame geest, - voortdurend bezig de zin of onzin van elke daad te doorgronden, - zou nooit bij hen opkomen.
   De oudeheer kwam binnen. Paul onderbrak zijn wedervaren rond het proces om het geld in ontvangst te nemen. Door de enveloppe ongeopend in zijn binnenzak te laten glijden, vermeed hij nog meer in verlegenheid te worden gebracht. Liefst ging hij er onverwijld vandoor. Maar zoiets kon niet zonder een voorafgaand beleefdheidsgesprek over koetjes en kalfjes. Eerst greep hij de deurklink. Mathilde had het woord. Pas na lange tijd durfde hij de deur op een kier zetten. Profiterend van de stilte, toen Opa onder haar waakzaam oog naar zijn fauteuil wankelde, waardoor zij eventjes haar mond hield, zette hij een eerste stap in de overdekte binnenplaats.
   ‘Eerstdaags komen we met het hele gezin!’ Met dit als afscheidsgroet kon hij nog net aan Mathildes eindeloos kabbelend spraakbeekje ontsnappen.

(WORDT VERVOLGD...)

Geen opmerkingen: