vrijdag 2 augustus 2024

gast-auteur

VERZUCHTINGEN
door Robert Baeken


26.
JULI / VANESSA

'God Heer, mijn hart bloedt,’ bad Vanessa, uiting gevend aan haar dwaas verlangen om gehoord te worden. Want ook zij had haar verdriet, haar dromen over iets anders dan de banaliteiten, waarmee zij door Paul zat opgescheept. Haar huwelijk was geen gevangenis. Maar liefde als iets dat je overkomt, waardoor je wordt meegesleurd langs een onvergetelijke reis, langs aan waanzin grenzende hartstochten, scheen niet voor haar weggelegd. Dus had zij haar verlangens bijgestuurd: een bescheiden zonnestraal over het grindpad, een zorgeloos verblijf op een gezegende plek, weg van hier, waar alles wat ze aanraakte droefenis wekte. In de hoop het fortuin te winnen om zich uit dit milieu los te wroeten, was zij een getrouwe deelneemster aan de Nationale Loterij; al pakte zij ook hier naast het geluk dat bij anderen wel mogelijk scheen.
   Met haar gezicht bij de spiegel probeerde ze haar kapsel van gister in dezelfde golven te doen terugvallen. Vergeefse moeite! Zelfs na een streek fel lippenrood bleef zij er belabberd uitzien. Doorheen haar gedachten sijpelden moeheid en teleurstelling. Zittend op het bed neigde zij er eerder toe zich voor een dutje achterover te laten vallen dan om zich gereed te maken voor de nieuwe show. Maar anders dan bij Paul dreef plichtsbewustzijn haar voort.
   Op de trap drongen de tv-klanken van een populair spelprogramma zich aan haar op. Zonder het decor te zien, wist ze al hoe het eraan toeging. Zoals Paul. Wat voor masker hij ook opzette, hij slaagde er niet in voor haar ogen te verbergen wat daarachter gaande was. Uiterlijk deed hij erg opgewekt, maar van binnen was hij somber. Met haar zelf in elkaar geknutselde jurk kon Vanessa al raden hoe hij overdreven verrast zou opkijken en haar, na een zogenaamd kritische blik, nodig om zich van het meesterwerkje te overtuigen, prijzen om haar handigheid en goede smaak. Hij had er alle belang bij haar aan te moedigen de ingeslagen weg van snit en naad te vervolgen. Dat de prijs van een in de winkel aangekochte jurk tien keer hoger lag, betekende evenwel geen geldig argument. Met het stempelgeld dat hij bijdroeg, kon zij zich de luxe van boetiekkleding niet langer veroorloven.

(WORDT VERVOLGD...)

Geen opmerkingen: