myn breedtegraad bungelt tamelyk hard, en vrienden wyzen my erop dat ik heden ten dage weêr behoorlyk mager oog. waar ik wel bly om ben. alleen heeft dit als aangrypend nadeel dat het leeuwenaandeel van myn broeken en pantalons nu weêr ietsje afzakt, de hele dag lang. ik denk niet dat een dag waarop je je broek om de haverklap een beetje moet staan optrekken, kans maakt om uiteindelyk, op je sterfbed, te zullen mogen worden gerekend tot één van de zeven gelukkigste van allemaal. het is een feit dat, - omdat wy niet in syrië leven of in de gaza-strook -, de tragiek van ons bestaan wordt uitgemaakt door een opeenstapeling van futiele maar onophoudelyke ergernissen. vernederend, juist omwille van hun bykomstige karakter.
een ceintuur dragen, doe ik niet - dat zou hetzelfde zyn als jy, lezer, die morgen ineens over de meir liep met een napoleontische steek op; dwz: strikt legaal gesproken niet aanvechtbaar, maar in de grond de oorsprong voor, vermoedelyk, een gevoelen van onnatuurlykheid; dwz zelfs als de mensen die jou voorbywandelen je vriendelyk gedag zeggen en over dat kledingstuk zelfs geen opmerking maken of niks, dan nog zal je het gevoel hebben dat er "iets niet klopt" - misschien juist vooràl omdat niemand er iets over zegt.
alleen vlak voor ik op moet, leen ik soms een ceintuur van klein jowanneke. al heb ik de indruk dat ook hyzelf alsmaar magerder aan het worden is. hy heeft zyn ceintuur in ieder geval alsmaar vaker zélf nodig, zo lykt het...
2 opmerkingen:
Bretellen dan maar.
Bretellen dan maar.
Een reactie posten