woensdag 17 mei 2017

column streekkrant editie antwerpen




PINT IN DE DUIFKES

Ik zit in café De Duifkes. Subiet mag ik hier vlakbij, in den Bourla, een optreden geven, samen met Johan Petit en het Marthatentatief. Maar: nu zit ik nog hier, een pint te drinken met een vriend van mij, genaamd Peter Moreaux. Een fenomenale, lijvige man op leeftijd, die alles weet over Hendrik Conscience, Willem Elsschot, Wannes Van De Velde en ook de schilder Willem Dolphyn - kortom: die Peter is een wandelende encyclopedie der Antwerpse Junsten, maar meer dan dat: hij is er ook een voorvechter van, en dus tégen de typisch Antwerpse, hypocriete politiek die altijd alles afbreekt.

Op het moment zit hij een uitleg te doen die ik, eerlijk gezegd, niet helemaal kan volgen, maar die te maken moet hebben met Café Breughel, het stamcafé van Wannes Van De Velde in de Lange Leemstraat. Dat café is heden integraal afgebroken, maar eertijds moet het een monument zijn geweest. De kroegbaas, een gewezen bokser, had er een waarachtige aap zitten, aan een ketting in de zeer hoge luster (Gaia bestond toen nog niet). Onder die luster stond een grote kist, om die aap zijn stront op te vangen. De stadslegende wil dat er op een keer een zekere toerist in dat café naar binnen kwam, wiens kop die aap niet aanstond; meteen slaagde die aap erin om, vanaf waar hij zat, zo hoog in die luster, die toerist, die beneden aan de deur stond, recht in zijn aangezicht te plassen.

Het is prachtig, zonnig weer, dus ik krijg dit verhaal  oor mij opgedist op het terras van de sublieme Graanmarkt. Naast ons staat er een oer-Antwerpse “sloor”, om het zo te hebben, in super-plat Antwerps een dronkenlap uit te kafferen - keihard, maar toch wél nog gezellig, gezapig en oprecht. Een brouwer komt laden en lossen, in de verte schuifelt zelfs Jan Decleir voorbij, als een onooglijk oud mannetje.


Als ik nu, o lezers, een sms’je zou krijgen met daarin de mededeling dat er zo meteen, binnen twee of drie minuten, een stel terroristen de boel hier overhoop zou komen schieten - dan is de kans niet onbestaande dat ik toch zou blijven zitten. Er zijn, onder de zon, maar weinig dingen waarvoor ik zou willen doodgaan - maar het recht om hier, als semi-Antwerpenaar, een pint te mogen zitten pakken in De Duifkes, dinsdagnamiddag om halfvijf  - dààr wil ik eventueel wel voor sneuvelen.

1 opmerking:

Johan Vanhecke zei

Ah, die Peter Moreaux toch. Ik kan het mij zo voorstellen. Ik hoor het hem vertellen. Een onwaarschjijnlijke encyclopedie. Blij te horen dat hij weer op de been is.