Hoewel het weinig scheelde, is de roman nooit uitgegeven. Vooral jammer voor mijn geesteskinderen zelf, de hoofdpersonages. Zij droegen bij tot een boeiend verhaal, goed voor een zo breed mogelijk lezerspubliek. Maar niet getreurd, ik bleef in mezelf geloven, en zoals steeds begon ik onmiddellijk aan nieuw werk - wat opnieuw zoveel aandacht van me vergde, dat ik mijn vorige romans snel helemaal uit het oog verloor.
Door mijn belangstelling voor het nieuwe, kwam het er trouwens nooit van om mijn eigen, ouder werk opnieuw te lezen. De voorbije zomer heb ik dat, voor het eerst in mijn leven, toch wél eens gedaan. Gelukkig had ik de tekst nog op mijn pc...
Omdat het verhaal zich in de jaren zeventig afspeelt, leek het decor intussen, vanzelfsprekend, wat gedateerd. Verbluffend hoeveel er de voorbije veertig jaar is veranderd in de wereld... Maar misschien was dat geen bezwaar, maar juist een meerwaarde. Het geheel scheen nu iets van een recente historische roman te hebben gekregen. Mijzelf boeide het verhaal in ieder geval nog steeds. Alleen trof ik, nu ik erop een terugkeek, hier en daar een paar storende dingetjes aan. Bijna almaar goed, eigenlijk, dat de roman indertijd op de valreep toch niet werd uitgegeven. In die allereerste versie schenen een overvloed aan details en overdreven bloemrijke beschrijvingen de aandacht soms al te zeer af te leiden. Door minder verbositeit en meer soberheid te betrachten, zou het verhaal nu vandaag, vond ik, veel beter uit de verf kunnen komen. Dus begon ik het te redigeren. Met soms zeer grove middelen, een snoeimes maar af en toe ook een hakbijl. Dat was nodig, toen ik er na een half jaar opnieuw klaar mee was, bleek het oorspronkelijke verhaal van 300 pagina’s tot 200 te zijn teruggebracht.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten