Hoewel het enkel ging om de flash van een fototoestel, leek het of de tijd een eeuw had stilgestaan. In de weinige ogenblikken dat zijn ogen nodig hadden om het zicht weer te krijgen, realiseerde Joseph zich dat hij bliksemsnel moest handelen. Hij greep zijn zaklamp. Jammer genoeg was de voordeur gesloten, zodat hij door het geknoei met zijn sleutel de kans verspeelde om de fotograaf direct bij de kraag te vatten.
Buiten kwamen de mistbanken dik aanzetten. Hij ontdekte voetsporen bij het venster en liep verder, alsof hij door een onzichtbare draad aan het schijnsel uit zijn zaklantaarn was verbonden. De sporen leidden naar het bos met de zwarte stammen. Bij het uitknippen van zijn lamp, zag hij voor zich uit een lichtje bewegen. Jammer genoeg doofde het toen hij ongeveer ter plaatse kwam. Op de tast vooruitgaand lukte het hem geen twijgje te verroeren, geen takje te breken. Buiten het zacht ruisen van de wind tussen de bomen heerste er volkomen rust. Dadelijk zou hij zijn eigen zoeklicht in het rond sturen en oog in oog met de onbekende staan. Hij zou het fototoestel uit diens handen schoppen, de film eruit gooien. Maar precies op het moment dat hij de lamp aanstak, werd hijzelf met voornemen en al tegen de grond gekwakt. Zijn achterhoofd kreeg een flinke dreun.
Met het gezicht diep in de dennennaalden kwam hij tot bewustzijn. Hij wentelde zich op de rug en kroop versuft overeind. De slag had hem verdoofd. Zijn kop kon niet meer denken. Zonder zaklamp en zich bewust van zijn gehijg, het gestrompel en zijn gebalde vuisten, klaar om de belager op zijn smoel te geven, keerde hij op zijn stappen terug. Hij zou Kitty eens flink aanpakken. Dacht zij hem af te persen? Buiten zijn woning, waarop hij nog vijf jaar moest afbetalen, bezat hij geen cent.
Een volle maan scheen over de open plek en het peperkoeken huisje. Het licht was gedoofd en de deur stond wijd open: alles gereed voor een tweede hinderlaag. Ik moet die foto hebben, hijgde hij in gedachten. Die foto, of ik vermoord haar!
Hij stelde zich voor hoe Kitty de opname met een uitdagende lach voor zijn voeten zou gooien. Zich ervan vergewissend aan welke verwoesting zijn huwelijk ten prooi kon vallen, bekeek hij het tafereel vanuit de hoek van de onbekende fotograaf en met de ogen van Isabelle. Choquerend, inderdaad! Joseph zou hem in duizend stukjes scheuren. In zijn oren klonk opnieuw Kitty’s hese lach, diep vanuit haar keel, en zag hij haar als in een droom een tweede foto naar hem toeschuiven, en een derde, groter nog dan zijn eigen foto's in de bruine briefomslag aan de oude Derycke; zoveel dat hij ze niet meer kon tellen, en elke foto aanstootgevender nog dan de vorige.
Met luidruchtig voetengestamp stormde hij naar binnen. Waar hij vijandig verweer verwachtte, of vlucht, geluiden van omvallende stoelen, bange kreten, wijd opengesperde ogen, de adem van verschrikte wezens in het nauw, kwam uit alle hoeken een gevaarlijke stilte kruipen. Hij stak het licht aan.
Twee stoelen waren al eerder omgevallen. Het tafelkleed lag gefrommeld op de vloer. In het keukentje was evenmin iemand. Toen boog hij zich door de knieën voor een slagersmes, half zichtbaar onder het tafelkleed, dat hij aan de rand optilde. Hij herkende de langwerpige snede van de machete waaraan hij zich had gekwetst en schrok. Onder het lemmer lag een plas bloed. Ook ontdekte hij bloed tussen de plooien van het tafelkleed. Hij vloekte.
Het bebloede wapen stortte hem in een radeloosheid waarbij hij gespannen bleef toekijken - minutenlang, alsof hij tijd nodig had om zich van de werkelijkheid te overtuigen. Dan ontwaakte de speurder, hij die zich enkel op feiten baseerde, op feiten en niks anders. Ik moet haar vinden, besloot hij. Zo snel mogelijk. Anders sta ik er lelijk voor. Hij kamde de omgeving rond het huisje uit, doch verwachtte eerder over haar lichaam te struikelen dan dat zij, gehoor gevend aan zijn vertwijfelde roep, uit de bosjes te voorschijn zou komen. Waarschijnlijk was ze allang weer thuis. Lag ze veilig in haar bed.
(WORDT VERVOLGD...)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten