het is belachelyk maar ik droomde kennelyk van de stembusgang. eenieder die gestemd had, moest buiten op straat een bloem gaan neêrleggen, op een verhoog. toen ik daar aankwam, begon dit verhoog evenwel te wankelen, en sloeg ik, tezamen met de gehele stelling, tegen de vlakte - maar niét zonder, uiteindelyk, volmaakt geruisloos neêr te landen tegenaan een lang, zacht gordyn.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten