IN HET LABYRINT
fueilleton in 10 afleveringen
door don vitalski
4.
"het onheil dat ook jou, verdomde ludo," zei de prediker, "nu zo driftig en zo uitgebreid aan het vooruitdryven is, al dagenlang, al wekenlang, door barre vlakten, door klamme velden, door onweêr en door laffe zon, is zeker en vast - maar, aannemelyk, zonder dat jy dit beseft -, begonnen, wat ik je brom, door de schuld van 'n tamelyk goeie vriend van jou - met name gaat dit, wat je zal verrassen, over niemand minder dan theobaldus michaelus de vierde - vast beter gekend onder zyn artiestennaam, de onzegbare levende kanonskogel."
hy legde dit omstandig nog verder uit, de ene kazuifel na de andere op zyn houterige knieën uitstrykend en vervolgens in vele lagen op mekaâr vouwend:"na eerst, een paar keer na mekaâr zelfs, te hebben gedaan alsof hy, god verhoede, uit circus bulderdrang was weten te ontsnappen, gewoon maar om na te zien wat dit zou opleveren aan repressailes jegens zyn meest nabye collega's, is die waaghals nu toch, een week of vier, of anders een week of vyf geleên nog maar, met behulp van zyn beste vriend, de kruiter, naar het eruitziet, als eindelyk ook écht uit ons midden kunnen weggeraken - de vliegende eenhoorn gelooft, zegt 'ie, dat 'ie die stunt-sukkel naar binnen heeft zien stuiteren door het glasraam van een mooi balkon, in de voorgevel van een echt mensenhuis - dus: in de buitenwereld. by de gewone mensen. op zyn vorige pogingen om uit te breken, waren d'r helemaal nooit enige sancties gevolgd - omdat ze by de hogere instanties natuurlyk wel wisten, wat dacht je, dat er totaal niks van aan was; dat die alleen maar, om ze te foppen, was ondergedoken, desnoods wel zeer langdurig. maar nu het fermer tot iedereen is beginnen door te dringen, ludo, dat hy er écht vandoor is en wel, meer bepaald, om nooit meer van z'n leven, ooit nog, te zullen terugkomen -, nu blazen ze natuurlyk warm en koud tegelyk. wat ik je predik."
"dat geval met de levende kanonskogel, dat die ervan door is..." enig tyd stopten-'ie dan toch met praten, en staarde dromerig voor zich uit. de leeuw kon niet anders dan naar hém kyken zolang dit duurde; anders zou het er misschien van weg hebben dat 'ie niet eens aan het luisteren was - terwyl 'ie dit toch wél juist zeer boeiend vond. maar hy wilde toch liever, tydens dit verhaal, door het venster, naar buiten kyken. zelfs kreeg 'ie sommigerwyle de indruk, toch wél iets te zien bewegen, daar in de verte - its dat zich, zo vroeg 'ie zich af, in hun richting bewoog?
"de bazen zyn allemaal woedend, ze moéten iets ondernemen, ze moéten erop reageren; maar: tegelyk willen ze het natuurlyk zo weinig mogelyk onder de aandacht brengen. omdat dàt nu juist is, waar ze zo bang voor zyn; ze zyn er als de dood voor, dat nog anderen de kanonskogel nu zullen volgen; er doemt ze, voor hun twee ogen, een wydlopig scenario op, tot in de kleinste details, van hoe ons circus, op korte tyd, zelfs integraal zou beginnen leêglopen - haha!"
"dus," zei de prediker, "dus daarom zoeken ze maar vlug een helemaal àndere aanleiding, voor hun razzia's, en voor hun straf-expedities en voor hun klapstoeltjescommando."
hy stak een zoveelste kleine cigaar op, terwyl hy sprak:"daarom is het gekomen, ludo, dat ik jou straks toch weêr moet buitenzetten. hoe jammer ik zulks ook vind! je kan hier wel nog, als je wil, een bad nemen... je kan hier wel nog uitrusten en doen wat je wil, zolang het werkelyk nodig is. maar nu zal ik je ook nog vertellen waarom je by ons, in de kapel, ook niet langer meer veilig bent - da's erg eenvoudig."
WORDT VERVOLGD
Geen opmerkingen:
Een reactie posten